Rechtbank Rotterdam, 19-06-2019, ECLI:NL:RBROT:2019:4911, 7562792
Rechtbank Rotterdam, 19-06-2019, ECLI:NL:RBROT:2019:4911, 7562792
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Rotterdam
- Datum uitspraak
- 19 juni 2019
- Datum publicatie
- 10 juli 2019
- ECLI
- ECLI:NL:RBROT:2019:4911
- Zaaknummer
- 7562792
Inhoudsindicatie
Arbeidsrecht. Transitievergoeding. Volledig arbeidsongeschikt. Opzegplicht.
Uitspraak
zaaknummer: 7562792 VZ VERZ 19-2853
uitspraak: 19 juni 2019
beschikking van de kantonrechter, zitting houdende te Rotterdam
in de zaak van
[verzoekster] ,
wonende te [woonplaats verzoekster] ,
verzoekster,
gemachtigde: mr. A. Bosveld te Rotterdam,
tegen
de stichting Stichting Humanitas,
gevestigd te Rotterdam,
verweerster,
gemachtigde: mr. R.P.C. Kütemann te Den Haag.
Partijen worden hierna ‘ [verzoekster] ’ en ‘Humanitas’ genoemd.
1 De procedure
De kantonrechter heeft kennisgenomen van het verzoekschrift met producties, ontvangen op 25 februari 2019, van het verweerschrift met producties, ontvangen op 29 april 2019, en van de brief met een aanvullende productie van Humanitas van 9 mei 2019.
De mondelinge behandeling vond plaats op 10 mei 2019. [verzoekster] is verschenen met haar gemachtigde mr. A. Bosveld. Namens Humanitas is de heer [naam] (manager HR) verschenen, met de gemachtigde van Humanitas mr. R.P.C. Kütemann. De gemachtigden hebben pleitaantekeningen overgelegd en voorgedragen. Door de griffier zijn aantekeningen gemaakt van wat verder besproken is.
Partijen zijn na de mondelinge behandeling in de gelegenheid gesteld hun geschil in onderling overleg op te lossen. De gemachtigde van Humanitas heeft bij e-mail van 17 mei 2019 laten weten dat partijen daar niet in geslaagd zijn.
2 De feiten
Er wordt uitgegaan van de volgende feiten:
[verzoekster] (geboren op [geboortedatum verzoekster] ) werkt sinds 1984 (opnieuw) bij Humanitas als Medewerker Verzorging.
[verzoekster] is sinds 11 april 2016 arbeidsongeschikt (artrose in nek en schouders) voor haar werk bij Humanitas. Zij ontvangt sinds 9 april 2018 een WGA-uitkering en Humanitas heeft vanaf dat moment (na 104 weken loondoorbetaling bij ziekte) de loonbetaling aan [verzoekster] gestaakt. Er is sinds 9 april 2018 dus sprake van een ‘slapend dienstverband’.
3 Het geschil
[verzoekster] verzoekt de kantonrechter Humanitas te veroordelen aan haar de transitievergoeding te betalen, primair op grond van de Kolomuitspraak van de Hoge Raad van 14 september 2018, subsidiair via veroordeling van Humanitas tot opzegging van de arbeidsovereenkomst.
De gevraagde transitievergoeding bedraagt € 69.269,00 bruto als uitgegaan wordt van 1 juli 2019 als einddatum van de arbeidsovereenkomst en € 65.211,00 bruto als 1 mei 2018 als einddatum van de arbeidsovereenkomst moet worden gezien.
Humanitas voert verweer tegen het verzoek.
Voor zover voor de beoordeling van belang, wordt hierna ingegaan op de stellingen waarmee [verzoekster] en Humanitas het verzoek en het verweer daartegen (verder) onderbouwen.
Voor de volledigheid wordt opgemerkt dat [verzoekster] haar verzoek tot veroordeling van Humanitas tot betaling van € 2.039,79 bruto aan niet opgenomen vakantie-uren heeft ingetrokken.