Home

Rechtbank Rotterdam, 08-12-2021, ECLI:NL:RBROT:2021:12289, C/10/608300 / HA ZA 20-1114

Rechtbank Rotterdam, 08-12-2021, ECLI:NL:RBROT:2021:12289, C/10/608300 / HA ZA 20-1114

Gegevens

Instantie
Rechtbank Rotterdam
Datum uitspraak
8 december 2021
Datum publicatie
14 december 2021
ECLI
ECLI:NL:RBROT:2021:12289
Zaaknummer
C/10/608300 / HA ZA 20-1114

Inhoudsindicatie

Grensoverschrijdenden koopovereenkomst containers groenten en fruit. Weens Koopverdrag (WKV) van toepassing. Art. 8 WKV bepaalt hoe de vraag wie partij is bij de koopovereenkomst dient te worden beantwoord. Alleen gedaagde sub 1 is koper. De koper heeft niet voldaan aan de klachtplicht ex art. 39 WKV. Gezien de bederfelijkheid van de waren en de termijn genoemd in de offerte had dit gemoeten binnen drie werkdagen na aankomst van de container. Het bestaan van afspraken omtrent verkoop op commissiebasis is niet bewezen. Stelplicht en bewijslast.

Uitspraak

vonnis

Team handel en haven

zaaknummer / rolnummer: C/10/608300 / HA ZA 20-1114

Vonnis van 8 december 2021

in de zaak van

[naam eiseres] H.O.D.N. [handelsnaam],

wonende te [woonplaats eiseres]

eiseres in conventie,

verweerster in reconventie,

advocaat mr. E. El-Sharkawi te 's-Gravenhage,

tegen

1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

RIVA FRUIT B.V.,

gevestigd te Rotterdam,

gedaagde in conventie,

eiseres in reconventie,

2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

WORLD WIDE FRUIT TRADE B.V.,

gevestigd te Bleiswijk,

gedaagde in reconventie

advocaat mr. J.P.M. Borsboom te Rotterdam.

Eiseres in conventie, verweerster in reconventie, wordt hierna aangeduid met [naam eiseres] .

Gedaagde sub1 in conventie, tevens eiseres in reconventie, wordt hierna (afzonderlijk) aangeduid met Riva Fruit en gedaagde sub 2 in conventie (afzonderlijk) met World Wide Fruit. Gedaagden gezamenlijk worden aangeduid met RF/WWF.

1. De procedure

1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

-

de dagvaarding van 5 november 2020, met producties 1 t/m 26;

-

de conclusie van antwoord in conventie en van eis in reconventie, met producties 1 t/m 8;

-

de oproepingsbrieven van de rechtbank en de zittingsagenda van 1 juni 2021;

-

de conclusie van antwoord in reconventie, met productie 27;

-

het B8 formulier van de zijde van [naam eiseres] van 8 juni 2021, met een verklaring van [naam 1] ;

-

het B8 formulier van de zijde van Riva Fruit, van 9 juni 2021, met productie 9;

-

de pleitnotities van mr. J.J. Borsboom.

1.2.

Op 24 juni 2021 heeft de mondelinge behandeling plaatsgevonden.

1.3.

Ten slotte is vonnis bepaald.

2. De feiten

2.1.

Partijen zijn actief in de handel in aardappels, groenten en fruit (hierna: agf- handel). [naam eiseres] exporteert groenten en fruit vanuit Egypte naar onder meer Nederland.

2.2.

Op 26 mei 2020 heeft -op initiatief van [naam 1] , kennis van partijen en niet werkzaam bij [naam eiseres] , Riva Fruit of World Wide Fruit (hierna: [naam 1] )-

een bespreking plaatsgevonden tussen partijen over het leveren van groenten en fruit door [naam eiseres] vanuit Egypte. [naam eiseres] werd tijdens deze bespreking vertegenwoordigd door mr. El-Sharkawi. Riva Fruit werd vertegenwoordigd door [naam 2] , middellijk bestuurder van Riva Fruit (hierna: [naam 2] ). World Wide Fruit werd vertegenwoordigd door [naam 3] , middellijk bestuurder van World Wide Fruit (hierna: [naam 3] ).

2.3.

Op 29 mei 2020 heeft mr. El-Sharkawi per e-mail een offerte gezonden aan [naam 2] en [naam 3] betreffende één container rode uien. De tekst van deze mail luidt, voor zover thans van belang:

“Beste [naam 2] , Beste [naam 3] ,

Met referte aan onze plezierige bespreking van afgelopen dinsdag 26 mei 2020 doe ik u de volgende offerte toekomen:

Zoals besproken is Egypt- Holland bereid rode uien aan u te leveren, als volgt:

- vertrek zondag 7 juni 2020;

- 1 container;

- maat 60-80 (maximaal 16 pallets) en maat 80-100 (minimaal 6 pallets);

- in (rode) zakken van 10 kg;

- 22 pallets, 120 zakken per pallet, in houten kratten zoals op de foto’s te zien was.

Prijs

De overeengekomen prijs is € 375,- per ton, € 3,75 per zak van 10 kg, € 0,375 per 1 kg CIF in Rotterdam.

Betaling:

Zoals besproken zal 50% van de prijs worden voldaan binnen 2 dagen na aankomst en de overige 50 % binnen 21 dagen na aankomst van de container.

Claims:

Een gebrek/ opmerking over de geleverde goederen dient zo spoedig mogelijk na aankomst van de container te worden vermeld en in ieder geval niet later dan 3 werkdagen na aankomst van de container.

Vervolg van levering:

In overleg tussen ons wordt iedere week bepaald of een nieuwe levering (lading) al dan niet plaatsvindt, hoeveel containers, de maat en de verpakking en tegen welke prijs. De levering vindt niet plaats op vaste afspraak, maar op basis van losse opdrachten/bestellingen waarbij de hoeveelheid, maat en prijs bij iedere opdracht/ bestelling wordt bepaald.

(…)”

2.4.

[naam 3] heeft die middag per e-mail geantwoord:

“Goedemiddag [naam 4] ,

Was een duidelijk en goed gesprek.

Wij willen graag de samenwerking aangaan.

Zullen we beginnen met 1 container?

Wanneer kan je laden?

Gr

[naam 2] en [naam 3] ”

2.5.

Mr. El-Sharkawi heeft hierop gereageerd per e-mail van 29 mei 2020 om 16.05 uur:

“Beste [naam 2] en [naam 3] .

Ik kan a.s. Donderdag 4 juni 2020 laden. Vertrek is zondag 7 juni.

Ik het oké”

[naam 3] heeft hierop die middag om 16:35 uur gereageerd met “Perfect

2.6.

De eerste container rode uien is op 18 juni 2020 door [naam eiseres] geleverd.

2.7.

Op 18 juni 2020 heeft [naam 3] per WhatsAppbericht aan mr. El Sharkawi laten weten:

“De pallets zijn netjes. De uien zijn vochtig. Als we ze in onze loods laten staan, gaan ze schimmelen. Waar kunnen we ze het beste naar toe brengen? En wat wilt u? Er staan ook geen NAW gegevens op. Zullen we de uien naar [naam 5] brengen?”

Daarop heeft mr. El- Sharkawi als volgt gereageerd:

“Ik vindt het vreemd want 3 containers zijn samen op zelfde boot gegaan. 1 aan jullie geleverd en 2 bij [naam 6] . Ik krijg geen opmerkingen over vochtigheid van [naam 6] . Maar waar jullie de uien gaan brengen dat is jullie verantwoordelijkheid. Ik lever cif tot Rotterdam. Als de kwaliteit niet goed is dan heb je tot morgen 15:00 uur om de container naar [naam 6] te sturen. Ik zal in dit geval de kosten vergoeden. Na vrijdag 15:00 uur is de container van jullie”.

2.8.

Vervolgens is de levering van deze container door [naam eiseres] geannuleerd en heeft zij de container bij RF laten ophalen en aan [naam 6] gestuurd. [naam eiseres] heeft de factuur van deze container gecrediteerd.

2.9.

Partijen zijn daarna per mail de verkoop en levering van een container zoete aardappels en een container granaatappels overeengekomen. Met betrekking tot de levering van de container granaatappels heeft mr. El- Sharkawi in een WhatsAppbericht van 22 augustus 2020 aangegeven dat de levering één week is opgeschoven en de prijs iets hoger is geworden. [naam 2] reageert per WhatsApp met:”GM geen probleem. Maar wel maandag laden.”

2.10.

Op 13 augustus 2020 heeft mr. El-Sharkawi gevraagd of gedaagden een tweede container zoete aardappels willen. [naam 2] heeft per e-mail van 13 augustus 2020 gereageerd met: Oké is goed”.

2.11.

Op 31 augustus 2020 heeft [naam eiseres] de eerste container met zoete aardappels gelost. De koopprijs bedroeg € 11.220,00 en de factuur was gesteld op naam van Riva Fruit. Riva Fruit heeft hiervan € 5.500,00 betaald.

2.12.

Op 1 september 2020 heeft [naam 2] een WhatsAppbericht gestuurd aan mr. El-Sharkawi inhoudende: “GM. Heb je rapport gezien van aard. Zijn niet goed onder maats.”

2.13.

Op 3 september 2020 is de tweede container met zoete aardappels gelost. [naam 3] bericht mr. El- Sharkawi die dag per WhatsApp: “Goedemorgen. Zou u aub heel ff willen stoppen met de zoete aardappel laden. Krijgen net een container binnen. Zelfde beeld. Laten we deze 2 eerst verkopen voor we nieuwe laden. Ok?”

Mr. El- Sharkawi heeft geantwoord: Dat is oke”.

2.14.

Op 9 september 2020 heeft mr. El- Sharkawi per WhatsAppbericht aangegeven:

“Goedemorgen [naam 3] en [naam 2] . Ik was gestopt met laden. Deze container was vertrokken met container granaatappel alvorens de tweede container zoete aardappel hier was.”

[naam 3] antwoordde:

“Ok. Maar we hebben nog 1,5 container staan en niet elke klant wilt ze na de pallet die ze ontvangen hebben nog een keer ontvangen. We doen ons best.”

Mr. El-Sharkawi reageerde met:

“Ik snap het en waardeer het. Komt goed. Maar ik ben sowieso gestopt sinds 1-9”.

[naam 3] heeft daarop geantwoord:

“Komt goed. Dank u”

2.15.

Op 21 september 2020 is de container granaatappels gelost. [naam 2] heeft op die dag een WhatsAppbericht aan mr. El- Sharkawi gestuurd met de volgende inhoud:

“Granaat mooi. We gaan ze proberen te verkopen. Alleen gewicht zit er niet in. Rapport volgt”.

Mr. El-Sharkawi heeft hierop gereageerd met: “Dat is mooi om te horen. Ik vindt het niet leuk als ik iets lever die niet goed is.”

Waarop [naam 2] heeft gereageerd met:

“Ga je wel door met laden”

2.16.

Op vrijdag 25 september 2020 heeft Mr. El-Sharkawi gevraagd of het gelukt is met de betaling van de nota voor de granaatappels. [naam 2] heeft daarop gevraagd of hij deze maandag 28 september 2020 mag voldoen, waarop mr. El- Sharkawi heeft aangegeven dat dat akkoord is. Op maandag 28 september 2020 heeft mr. El-Sharkawi per Whatsappbericht gevraagd:

“Goedemiddag [naam 3] en [naam 2] . Hoe gaat met de verkoop van zoete aardappelen”

[naam 3] antwoordde daarop:

“Goedemiddag. Gaat heel moeizaam momenteel.”

Dinsdag 29 september 2020 heeft mr. El-Sharkawi gevraagd:

“ [naam 2] goedemorgen. Heb je de nota van de granaatappel overgemaakt?”

[naam 2] antwoordt:

“Gm Ja gisteren 7000.”

2.17.

Op 16 oktober 2020 heeft een bespreking plaatsgevonden op het kantoor van Riva/WWF tussen mr. El-Sharkawi, [naam 3] , [naam 2] en [naam 1] .

3. Het geschil

3.1.

[naam eiseres] vordert om bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, -samengevat- gedaagden hoofdelijk te veroordelen tot betaling van € 34.860,00, te vermeerderen met wettelijke handelsrente en (buitengerechtelijke) kosten, inclusief nakosten.

3.2.

[naam eiseres] grondt haar vordering op nakoming van de koopovereenkomsten van zoete aardappels en granaatappels. Zij heeft conform de koopovereenkomsten drie containers met zoete aardappels geleverd en één container met granaatappels en RF/ WWF zijn in gebreke met de betaling van een deel daarvan.

3.3.

RF/WWF voeren verweer en concluderen tot niet-ontvankelijkheid van [naam eiseres] , althans tot ontzegging van haar vordering, met veroordeling van [naam eiseres] in de proceskosten, de nakosten daaronder begrepen, te vermeerderen met de wettelijke rente.

3.4.

RF/WWF voeren aan dat alleen Riva Fruit partij is bij de koopovereenkomsten en niet ook World Wide Fruit. Riva Fruit beroept zich op non-conformiteit: de zoete aardappels en de granaatappels voldeden niet aan de kwaliteitseisen en daarover heeft zij geklaagd. Er is vervolgens commissiekoop afgesproken en commissiekoop is -voor zover dat niet afgesproken zou zijn- ook gebruikelijk in de agf-handel.

3.5.

Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

in reconventie

3.6.

Riva Fruit vordert om bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, -samengevat- [naam verweerster] te veroordelen tot betaling van € 3.686,53, te vermeerderen met de wettelijke (handels)rente, met veroordeling van [naam verweerster] in de proceskosten inclusief nakosten, te vermeerderen met de wettelijke rente.

3.7.

Riva Fruit, mede handelend als lasthebber van World Wide Fruit, stelt hiertoe dat [naam verweerster] heeft toegezegd de minderwaarde van de containers met zoete aardappels voor haar rekening te nemen.

3.8.

[naam verweerster] voert verweer en concludeert tot niet-ontvankelijkheid, althans tot het ongegrond verklaren van de vordering, althans tot het afwijzen daarvan, met hoofdelijke veroordeling van RF/ WWF in de proceskosten.

3.9.

[naam verweerster] voert aan dat er geen grondslag is voor terugvordering. De overeenkomsten -voor de levering van drie containers zoete aardappels en één container granaatappels- zijn niet ontbonden. De toezegging was gedaan onder de voorwaarde dat RF/ WWF het restant van de factuur betreffende de levering van de granaatappels zouden betalen en dat is niet gebeurd.

3.10.

Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4. De beoordeling

5. De beslissing