Rechtbank Rotterdam, 15-07-2024, ECLI:NL:RBROT:2024:8734, C/10/680582 / HA RK 24-532

Verzoeker vraagt om mr. B.H. Knoop-Bergsma en mr. M. Zandbergen tot vereffenaars te benoemen in de nalatenschap van mevrouw [erflater] (hierna: de overledene), die op [overlijdensdatum] is overleden in Rotterdam. De rechtbank is bevoegd om op dit verzoek te beslissen, omdat de laatste woonplaats van de overledene Rotterdam was (artikel 268 lid 1 Rv). De rechtbank wijst het verzoek toe. Hierna wordt toegelicht hoe tot dit oordeel is gekomen.

De rechtbank kan als een nalatenschap onder voorrecht van boedelbeschrijving is aanvaard (de zogenaamde beneficiaire aanvaarding) een vereffenaar benoemen op verzoek van een erfgenaam (artikel 4:203 lid 1 onder a BW).

Aan deze twee voorwaarden is voldaan. Verzoeker heeft namelijk op 6 mei 2024 de nalatenschap van de overledene beneficiair aanvaard. Daarnaast is verzoeker erfgenaam van de overledene, want hij is de zoon van de overledene. Wie erfgenaam is van de overledene volgt in beginsel uit een testament. De overledene heeft echter volgens het uittreksel uit het Centraal Testamentenregister geen testament opgemaakt, zodat op grond van de regels die in de wet staan beoordeeld moet worden wie de erfgenamen zijn. Op grond van artikel 4:10 lid 1 onder a BW zijn dit de echtgenoot/geregistreerd partner en de kinderen. Omdat de overledene toen zij overleed niet was getrouwd of geregistreerd als partner, zijn alleen haar kinderen haar erfgenamen. Verzoeker is de zoon van de overledene en niet gebleken is dat zij nog meer kinderen had. Verzoeker is daarom de enige erfgenaam van de overledene. Aan beide voorwaarden om een vereffenaar te benoemen is dus voldaan.

Verzoeker heeft ook voldoende toegelicht dat hij er een belang bij heeft dat een vereffenaar benoemd wordt. Hij stelt zelf niet in staat te zijn de nalatenschap van zijn moeder goed te kunnen afwikkelen, omdat hij nog jong is (19 jaar) en er een situatie is met de vriend van de overledene. Deze vriend woont nog in haar woning zonder dat er een juridische verbintenis is tussen de vriend en de overledene.

Verzoeker stelt voor om mr. B.H. Knoop-Bergsma en mr. M. Zandbergen tot vereffenaars te benoemen, die zich daartoe ook bereid hebben verklaard. De rechtbank ziet geen redenen om hier niet in mee te gaan, zodat zij tot vereffenaars worden benoemd. De vereffenaars moeten de benoeming zelf bekend maken in de digitale Staatscourant.

De benoeming van de vereffenaars wordt, zoals verzocht, uitvoerbaar bij voorraad verklaard (artikel 288 Rv).