Home

Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 10-10-2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:7134, 10599457 AZ VERZ 23-38

Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 10-10-2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:7134, 10599457 AZ VERZ 23-38

Gegevens

Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Datum uitspraak
10 oktober 2023
Datum publicatie
18 oktober 2023
ECLI
ECLI:NL:RBZWB:2023:7134
Zaaknummer
10599457 AZ VERZ 23-38

Inhoudsindicatie

werknemer heeft ten onrechte ontslag op staande voet genomen. Geen grond voor toewijzing van de verzochte gefixeerde schadevergoeding en transitievergoeding.

Uitspraak

Cluster I Civiele kantonzaken

Bergen op Zoom

zaak/rolnr.: 10599457 AZ VERZ 23-38

beschikking d.d. 10 oktober 2023

inzake

[verzoekster] ,

wonende te [woonplaats],

verzoekende partij,

verder te noemen: [verzoekster],

gemachtigde: mr. T.G.J. Horlings, medewerker van ARAG SE te Den Haag,

tegen

[verweerder]

h.o.d.n. [bedrijf verweerder],

gevestigd te [vestigingsplaats],

verwerende partij

verder te noemen: [verweerder],

procederend in persoon.

1 Het procesverloop

Het verloop van de procedure blijkt uit:

-

het op 6 juli 2023 ter griffie ontvangen verzoekschrift met producties,

-

de aantekeningen van de griffier met betrekking tot de mondelinge behandeling van 12 september 2023.

2 De feiten

2.1.

[verzoekster], geboren op [geboortedag] 2004, is op 1 augustus 2022 in dienst getreden bij [verweerder]. De laatste functie die [verzoekster] vervulde, is die van [functie], met een salaris van € 11,54 bruto per uur, te vermeerderen met 8% vakantietoeslag en emolumenten.

2.2.

De arbeidsovereenkomst is aangegaan voor bepaalde tijd van zes maanden, te weten tot 1 februari 2023.

2.3.

Op 7 mei 2023 heeft [verzoekster] het volgende WhatsApp bericht gestuurd aan [verweerder]:

(…) ik heb van mama en [naam] gehoord dat je hun ook heb zitten appen en bellen en zelfs langs ben geweest bij mij thuis . Ik heb zitten nadenken en ik stop ermee ,ik vind het geen fijne werkomgeving/sfeer zo en voel me niet comfortabel en op mijn gemak bij jou . En al zeker niet door de manier waarop je over mij praat tegen mijn moeder.

Aangezien mijn contract in februari al was afgelopen en ik gewoon heb doorgewerkt tot eind april mag je het geen wat je me eigenlijk had moeten betalen (maar je niet heb gedaan) inhouden voor het geen waar jij denk dat je nog verschuld ben van mij.

2.4.

[verweerder] heeft daar dezelfde dag per WhatsApp als volgt op gereageerd:

Ja allemaal heel leuk opgesteld ik ben niet vangisteren…

We gaan het niet op deze wijze afsluiten daar wil ik in eerste instantie een gesprek bij hebben als je anders van mening bent vindt ik dat prima. Maar je contract staat helaas gewoon actief en wordt per wet ook zo bekeken kortom je ben in dienst (…)

2.5.

[verzoekster] heeft daarop weer als volgt gereageerd:

Ik ben niet meer in dienst en ga ook niet meer komen werken het is voor mij geen veilige en prettige werkomgeving en zeker niet met al die drugs en cocaïne die gewoon in het kantoor rondslingeren.

Ik heb geen behoeften om met jou in 1 ruimte te zijn ik voel me daarbij niet comfortabel en veilig omdat ik niet weet in welke mentale toestand jij ben op dit moment , mede door jouw heftige drugs gebruik en wellicht bevind jij je in een psychose en ik weet niet waar jij toe instaat ben. (…)

3 Het verzoek

3.1.

[verzoekster] verzoekt [verweerder] te veroordelen tot:

  1. betaling van de gefixeerde schadevergoeding van € 2.490,34 bruto;

  2. betaling van de verhoogde gefixeerde schadevergoeding van € 1.245,17 bruto;

  3. betaling van de transitievergoeding van € 416,36 bruto;

  4. betaling van € 5.336,80 bruto ter zake loon over de periode van 1 februari 2023 tot en met 7 mei 2023;

  5. betaling van € 933,52 bruto ter zake vakantiegeld over de periode van 1 augustus 2022 tot en met 7 mei 2023;

  6. betaling van de waarde van niet genoten verlofuren;

  7. betaling van de wettelijke verhoging over de bedragen genoemd onder d. en e;

  8. betaling van de wettelijke rente over de onder a. tot en met g. genoemde bedragen, vanaf 25 mei 2023 tot aan de dag der algehele voldoening;

  9. verstrekking van een schriftelijke en deugdelijke netto/bruto specificatie, waarin de bedragen en betalingen van sub a. tot en met sub h. zijn verwerkt, op straffe van een dwangsom van € 100,00 per dag met een maximum van € 10.000,00, voor elke dag na betekening van de beschikking dat [verweerder] niet voldoet aan die beschikking;

  10. betaling van de proceskosten.

3.2.

[verzoekster] stelt dat zij na afloop van haar tijdelijke contract op 31 januari 2023 heeft doorgewerkt waardoor de arbeidsovereenkomst stilzwijgend is voortgezet. [verzoekster] heeft de arbeidsovereenkomst vervolgens op 7 mei 2023 met onmiddellijke ingang opgezegd. Zij stelt dat [verweerder] haar daartoe een dringende reden heeft gegeven omdat hij na 1 februari 2023 geen loon meer heeft betaald. Daarnaast heeft [verweerder] zich niet als goed werkgever gedragen door veelvuldig en openlijk drugsgebruik, door nare dingen te zeggen over [verzoekster], door [verzoekster] ongepaste WhatsApp berichten te sturen en door fysiek grensoverschrijdend gedrag te vertonen tegenover [verzoekster].

3.3.

Op de standpunten van [verzoekster] zal – voor zover voor de beoordeling van het verzoek van belang – in het navolgende verder worden ingegaan.

4 Het verweer

5 De beoordeling

6 De beslissing