Home

Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 21-11-2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:8560, 10631162 AZ VERZ 23-30 (E)

Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 21-11-2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:8560, 10631162 AZ VERZ 23-30 (E)

Gegevens

Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Datum uitspraak
21 november 2023
Datum publicatie
10 januari 2024
ECLI
ECLI:NL:RBZWB:2023:8560
Zaaknummer
10631162 AZ VERZ 23-30 (E)

Inhoudsindicatie

Werknemer heeft zich tijdens vakantie in Polen ziek gemeld. Werkgever heeft werknemer ontslag op staande voet verleend, omdat (a.) hij zonder toestemming naar Polen is gereisd, (b.) hij eind 2021 al het plan had om niet meer terug te keren naar Nederland, (c.) hij in strijd met de waarheid heeft verklaard dat hij niet kan reizen, (d.) hij essentiële informatie over zijn verblijfplaats heeft achtergehouden en (e.) hij nooit zal gaan re-integreren en kan re-integreren vanuit Polen. Er is niet gebleken van een dringende reden voor een ontslag op staande voet. Het ontslag is niet rechtsgeldig gegeven.

Uitspraak

RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT

Civiel recht

Kantonrechter

Zittingsplaats Middelburg

Zaaknummer / rekestnummer: 10631162 \ AZ VERZ 23-30

Beschikking van 21 november 2023

in de zaak van

[verzoeker] ,

te [plaats 1] , Polen,

verzoekende partij,

hierna te noemen: [verzoeker] ,

gemachtigde: mr. M.A. Verboven,

tegen

[verweerder] B.V.,

te [plaats 2] ,

verwerende partij,

hierna te noemen: [verweerder] ,

vertegenwoordigd door [naam 1] en [naam 2] .

1 De procedure

1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

- het op 24 juli 2023 ontvangen verzoekschrift met producties 1 tot en met 11,

- het exploot van 13 oktober 2023, waarmee [verzoeker] het verzoekschrift en de oproepingsbrief van de rechtbank voor de mondelinge behandeling heeft laten betekenen aan [verweerder] en hij haar heeft laten oproepen om te verschijnen op de mondelinge behandeling,

- de mondelinge behandeling gehouden op 24 oktober 2023, alsmede het op de mondelinge behandeling door [verweerder] overgelegde verweerschrift met bijlagen 1 tot en met 10.

1.2.

Tijdens de mondelinge behandeling is medegedeeld dat vandaag schriftelijk uitspraak zal worden gedaan.

2 De feiten

2.1.

[verzoeker] is op 18 juli 2016 in dienst getreden van [verweerder] in de functie van Medewerker algemeen schoonmaakonderhoud tegen een loon van laatstelijk € 2.108,43 bruto per vier weken. Op de arbeidsovereenkomst is de cao Schoonmaak- en Glazenwassersbedrijf van toepassing.

2.2.

Op 25 oktober 2021 heeft [verzoeker] zich ziek gemeld. Hij verbleef op dat moment in Polen.

2.3.

Op 7 december 2021 heeft de bedrijfsarts de Probleemanalyse opgesteld. In de Probleemanalyse heeft de bedrijfsarts, voor zover van belang, geschreven onder “6 Beperkingen en mogelijkheden”:

“ernstige psycho-emotionele beperkingen waarvoor medisch-specialistische begeleiding in thuisland Polen; werknemer verblijft in Polen vanwege mantelzorg”

Onder “8 Conclusie arbeidsmogelijkheden” heeft hij aangekruist:

“Nu geen benutbare mogelijkheden, de toekomst is nog onduidelijk”

Onder “10 Advies stappenplan re-integratie-activiteiten” heeft hij geschreven:

“zie 6.3

Het advies is om over 6 weken opnieuw contact te nemen (evt. fysiek spreekuur)

In de tussenliggende periode ook regelmatig tussen werkgever en werknemer conform UWV Werkwijzer Poortwachter”

2.4.

De Probleemanalyse is op 16 mei 2022 aangepast. In de Bijstelling probleemanalyse heeft de bedrijfsarts geschreven onder “3 Bijstelling”:

“Werknemer is arbeidsongeschikt voor het eigen werk met de volgende beperkingen:

Persoonlijk functioneren (fors, mn aandacht en concentratie, stress bestendigheid, begeleiding nodig)

Sociaal functioneren (reizen, auto rijden, omgang met conflicten en emoties)

Energie / uren (hoofdprobleem ).

Re-integratieadvies (handvatten om tot werkhervatting te komen c.q. de huidige inzet uit te breiden, frequentie en inhoud evaluatie gesprekken):

Werknemer is nog arbeidsongeschikt voor zijn eigen werk door ziekte en gebrek. Er zijn marginale mogelijkheden voor aangepast werk. Maar hij leeft nu in Polen. Dat komt de behandeling ten goede, maar het is lastig uren opbouwen zo.

Beleid:

De behandeling lijkt adequaat (specialist).

Arbeidsgerelateerd:

Onduidelijk.

Prognose (tijd nodig voor voldoende herstel voor volledig eigen werk):

De aandoening kan nog vele maanden duren.

Advies volgend contact: Revisie over 6-8 weken.”

2.5.

Bij brief van 27 mei 2022 heeft [verweerder] aan [verzoeker] bericht dat zijn verblijf in Polen de re-integratie bemoeilijkt en dat indien hij geen datum opgaf waarop hij zou terugkeren naar Nederland, zijn loon zou worden stopgezet vanaf 16 juni 2022. De gemachtigde van [verzoeker] heeft daarop geantwoord bij brief van 13 juni 2022 dat [verzoeker] werd behandeld in Polen en dat [verweerder] niet van [verzoeker] kon verlangen dat hij terugkeerde naar Nederland of dat hij daarvoor een datum opgaf.

2.6.

[verweerder] heeft vervolgens loon van [verzoeker] ingehouden.

2.7.

Bij e-mail van 2 augustus 2022 heeft de gemachtigde van [verzoeker] een verklaring van de Poolse dokter de heer [dokter] van 14 juli 2022 en een Engelse vertaling daarvan aan [verweerder] toegezonden. In de Engelse vertaling staat onder “Diagnosis”:

“Acute stress reaction and adjustment disorder

Mental state: Quiet demeanour, depressed mood, reduced psychomotor drive, statements show slowed down train of thought, patient reports anxiety and worry, insomnia, reports thoughts of resignation and periodically occurring suicidal thoughts.”

en onder “Recommendations”:

“ - pharmacotherapy was modified, anti-anxiety medications were included

-

avoiding travelling to the Netherlands

-

ban on driving motor vehicles due to pharmacotherapy

-

staying in the family home in Poland”

2.8.

[verweerder] heeft vervolgens het loon van [verzoeker] betaald dat zij eerder had ingehouden en de loonbetaling hervat.

2.9.

In opdracht van [verweerder] heeft de [arbeidsdeskundige] van [adviesbureau] een arbeidsdeskundigonderzoek uitgevoerd. Daarvoor heeft zij [verzoeker] en mevrouw [naam 3] van [verweerder] geïnterviewd. Mevrouw [arbeidsdeskundige] heeft haar bevindingen opgenomen in een rapport van 23 maart 2023. In dat rapport heeft zij geschreven onder “Samenvatting conclusies”:

“Ik acht de maatgevende functie van algemeen medewerker schoonmaak op basis van de thans voorliggende belastbaarheid v.w.b. de belasting in de functie weliswaar passend c.q. v.w.b. de werktijden aanpasbaar voor werknemer. Door de thans geldende beperkingen in het vervoer en de noodzaak om voor de behandeling van zijn gezondheidsklachten in Polen te verblijven blijkt de re-integratie in de maatgevende functie binnen het eigen of een ander bedrijf in Nederland thans echter niet mogelijk. De re-integratie zal zich om deze reden op dit moment dan ook op andere werkmogelijkheden moeten richten. Hierbij zal gedacht moeten worden aan passend werk in Polen, maar ook aan telefonisch of online werk in Nederland. Zodra de vervoersbeperking van werknemer is komen te vervallen kan werknemer de re-integratie in zijn maatgevende functie overigens alsnog opstarten. Deze functie is immers passend te achten en kan zo nodig ook structureel worden aangepast in werktijden (mocht er op dat moment nog een urenbeperking gelden).

(…)

Aangezien werknemer thans ruim een jaar uit is gevallen adviseer ik om een re-integratiebureau in te schakelen om werknemer te begeleiden naar passend werk in Polen of Nederland (voor Nederland uitsluitend online of telefonisch werk). Het in te schakelen re-integratiebureau kan zich op de werkzaamheden en functies richten die binnen het door mij hierboven geschetste kader passen. Het is hierbij van belang, dat de ingeschakelde reintegratiecoach bekend is met de Poolse arbeidsmarkt. Werknemer spreekt en verstaat zelf Nederlands, maar voor zijn verdere re-integratie heeft het inschakelen van een reintegratiecoach, die de Poolse taal spreekt naar mijn inschatting wel duidelijke meerwaarde (zeker voor de begeleiding naar passend werk in Polen, maar ook voor de soepelere communicatie met werknemer tijdens het coaching traject).”

2.10.

Bij e-mail van 1 juni 2023 heeft [verweerder] de arbeidsovereenkomst per 1 januari 2022 opgezegd.

2.11.

Op 10 juli 2023 heeft de bedrijfsarts een Bijstelling probleemanalyse opgesteld. Daarin heeft hij geschreven:

“De bedrijfsarts heeft de arbeidsdeskundig onderzoek vragen en antwoorden doorgenomen en is het eens met de arbeidsdeskundige om zich te richten op volledig spoor 2 in Polen in thuiswerk waar de cliënt affiniteit mee heeft, namelijk ICT werk.

Er zijn geen veranderingen in zijn beperkingen.

Er zijn marginale mogelijkheden voor aangepast werk, mits het thuiswerk is.

Er is nog sprake van ziekte of gebrek. Behandelingen en de wekelijkse vervolgafspraken lopen nog.

Client zal nieuwe medische informatie naar de bedrijfsarts sturen.

werknemer is arbeidsongeschikt voor het eigen werk met de volgende beperkingen:

Persoonlijk functioneren (fors, mn aandacht en concentratie, stress bestendigheid, begeleiding nodig)

Sociaal functioneren (auto rijden/besturen van voertuigen, omgang met conflicten en emoties)

Energie / uren (hoofdprobleem). tot 2 uur per dag beperkt.

Beleid:

De behandeling lijkt adequaat (specialist).

Arbeidsgerelateerd:

Onduidelijk.

Prognose (tijd nodig voor voldoende herstel voor volledig eigen werk):

De aandoening kan nog vele maanden duren.

Advies volgend contact:

Revisie over 6-8 weken. I.v.m. taal, begrip en uitleg. 15 minuten meer tijd inplannen dan gewoonlijk.”

3 Het geschil

3.1.

[verzoeker] verzoekt, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:

a. de opzegging van de arbeidsovereenkomst ingevolge artikel 7:681 lid 1 sub a juncto 671 lid 1 sub c juncto 677 lid 1 Burgerlijk Wetboek (BW) te vernietigen,

b. voor recht te verklaren dat de arbeidsovereenkomst tussen partijen na 1 januari 2022 respectievelijk 1 juni 2023 voortduurt,

c. [verweerder] te veroordelen om aan [verzoeker] het salaris voor periode 6 (22 mei 2023 t/m 18 juni 2023), periode 7 (19 juni 2023 t/m 16 juli 2023) en periode 8 (17 juli 2023 t/m 13 augustus 2023), totaal € 6.325,29 bruto, te betalen,

d. [verweerder] te veroordelen om de toekomstige salarissen tijdig te voldoen tot het moment dat de arbeidsovereenkomst op regelmatige wijze zal zijn geëindigd,

e. [verweerder] te veroordelen tot het betalen aan [verzoeker] van de wettelijke verhoging ex artikel 7:625 BW over het onder punt c genoemde bedrag,

f. [verweerder] te veroordelen tot het betalen aan [verzoeker] van de wettelijke rente over de onder punt c en d genoemde bedragen,

g. [verweerder] te veroordelen tot het betalen van € 691,26 aan buitengerechtelijke incassokosten ex artikel 6:96 BW,

h. [verweerder] te veroordelen in de kosten van dit geding, de kosten voor het salaris van gemachtigde daaronder begrepen,

i. [verweerder] te veroordelen tot betaling aan [verzoeker] van de nakosten ad € 132,00, te vermeerderen, indien betekening van het vonnis heeft plaatsgevonden, met de explootkosten van deze betekening.

3.2.

[verzoeker] legt aan zijn verzoek ten grondslag dat de opzegging van de arbeidsovereenkomst door [verweerder] niet rechtsgeldig is. De opzegging komt neer op een ontslag op staande voet. Daarvoor ontbreekt de vereiste dringende reden. Bovendien is het een ontslag met terugwerkende kracht. Dat is niet mogelijk.

3.3.

[verweerder] voert verweer.

3.4.

Op de standpunten van partijen zal – voor zover van belang – onder de beoordeling worden ingegaan.

4 De beoordeling

5 De beslissing