Home

Besluit verstrekking gegevens telecommunicatie

Geldig vanaf 2 maart 2022
Geldig vanaf 2 maart 2022

Besluit verstrekking gegevens telecommunicatie

Opschrift

[Tekst geldig vanaf 02-03-2022]

Aanhef

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van Onze Minister van Verkeer en Waterstaat van

20 mei 1998, nr. HDTP/98/1553/HW, Hoofddirectie Telecommunicatie en Post in overeenstemming met Onze Ministers van Justitie en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

Gelet op de artikelen 13.1, tweede lid, 13.2, derde lid, 13.4, derde lid, en 20.18 van de Telecommunicatiewet;

De Raad van State gehoord (advies van 19 augustus 1998, nr. W09.98.0215);

Gezien het nader rapport van Onze Minister van Verkeer en Waterstaat van 19 januari 2000, nr. DGTP/99/3602/JdJ, Directoraat-Generaal Telecommunicatie en Post uitgebracht in overeenstemming met Onze Ministers van Justitie en van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties;

Hebben goedgevonden en verstaan:

Artikel 1

In dit besluit wordt verstaan onder:

  1. wet: Telecommunicatiewet;

  2. informatiepunt: het Centraal informatiepunt onderzoek telecommunicatie, bedoeld in artikel 2;

  3. aanbieder: de aanbieder van een openbaar telecommunicatienetwerk of een openbare telecommunicatiedienst;

  4. bevoegde autoriteit:

    1. 1°.

      de rechter-commissaris in strafzaken, de officier van justitie, de korpschef, bedoeld in artikel 27 van de Politiewet 2012, of het hoofd van een opsporingsdienst, dan wel de door de korpschef voor zijn korps of door het hoofd voor zijn dienst aangewezen opsporingsambtenaar,

    2. 2°.

      het hoofd van de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst, of de door hem aangewezen ambtenaar,

    3. 3°.

      het hoofd van de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst, of de door hem aangewezen ambtenaar;

  5. informatie: de informatie, bedoeld in artikel 13.4, tweede lid, van de wet, voor zover deze informatie geen betrekking heeft op een ander nummer dan het aansluitnummer voor vaste of mobiele openbare telefoonnetwerken, en geen betrekking heeft op een ander nummer dan de inlognaam of gebruikersnaam, een e-mail adres, identificatienummers van eindapparaten of een toegewezen Internet-protocol-nummer voor openbare telecommunicatienetwerken en openbare telecommunicatiediensten die uitsluitend bestaan in de verlening van toegang tot Internet of de door middel van Internet te leveren of te verrichten diensten;

  6. gebruiker: de natuurlijke of rechtspersoon die met de aanbieder een overeenkomst is aangegaan met betrekking tot het gebruik van een netwerk of de levering van een openbare telecommunicatiedienst, alsmede de natuurlijke of rechtspersoon die daadwerkelijk gebruik maakt van een openbaar telecommunicatienetwerk of een openbare telecommunicatiedienst;

  7. aansluitnummer:

    1. 1°.

      bij vaste openbare telefoonnetwerken: het bij een netwerkaansluitpunt behorende nummer;

    2. 2°.

      bij mobiele openbare telefoonnetwerken: het Mobile Station Integrated Systems Digital Network Number;

    3. 3°.

      bij spraakcommunicatiediensten: het bij een netwerkaansluitpunt behorende nummer dan wel het Mobile Station Integrated Systems Digital Netwerk Number.

Artikel 2

Onze Minister van Justitie en Veiligheid is belast met het langs geautomatiseerde weg doorgeleiden van verzoeken om en verstrekkingen van informatie. Hij voert deze taak uit door middel van het Centraal informatiepunt onderzoek telecommunicatie.

Artikel 3

1.

Het informatiepunt, de bevoegde autoriteit en de aanbieder treffen ieder de technische voorzieningen die nodig zijn teneinde uitvoering te geven aan het tweede, derde en vierde lid. De technische voorzieningen voldoen aan de voorwaarden bedoeld in de artikelen 4 en 5 en aan de specificaties die zijn opgenomen in de bijlage bij dit besluit.

2.

De bevoegde autoriteit verzoekt om verstrekking van informatie die is opgenomen in het bestand, bedoeld in artikel 4, door tussenkomst van het informatiepunt. De bevoegde autoriteit doet het verzoek langs geautomatiseerde weg.

3.

De aanbieder verstrekt de informatie door tussenkomst van het informatiepunt. Daartoe verleent de aanbieder het informatiepunt langs geautomatiseerde weg gedurende 24 uur per dag rechtstreekse toegang tot de bestanden, bedoeld in artikel 4, eerste en tweede lid.

4.

Het informatiepunt vergelijkt langs geautomatiseerde weg de gegevens waarop het verzoek betrekking heeft met de gegevens in de bestanden, bedoeld in artikel 4, eerste en tweede lid. Wanneer de gegevens waarop het verzoek betrekking heeft aanwezig zijn in de bestanden, worden deze langs geautomatiseerde weg door het informatiepunt doorgeleid aan de bevoegde autoriteit.

5.

Op verzoek van de bevoegde autoriteit voorziet de aanbieder zonder tussenkomst van het informatiepunt in correctie van of toelichting op de gegevens, bedoeld in het vierde lid, tweede volzin.

6.

Een aanbieder en het informatiepunt komen overeen dat het informatiepunt optreedt als verwerker van de bestanden, bedoeld in artikel 4, indien de apparatuur waarin de bestanden zijn opgeslagen in beheer is bij het informatiepunt.

Artikel 4

Artikel 5

Artikel 6

Artikel 7

Artikel 8

Artikel 9

Artikel 10

Artikel 11 [Vervallen per 18-07-2019]

Artikel 12 [Vervallen per 22-09-2006]

Artikel 13

Bijlage bij het Besluit van 26 januari 2000, houdende regels voor de verstrekking van gegevens door aanbieders van openbare telecommunicatienetwerken en -diensten met het oog op het onderzoek van telecommunicatie (Besluit verstrekking gegevens telecommunicatie)