Indien deze regeling wordt toegepast in het kader van afdeling 3.2 of 4.3 van het Besluit geluidhinder, bestaat een cluster enkel uit de geluidsgevoelige objecten waarvoor een programma van maatregelen is opgesteld als bedoeld in artikel 89 van de Wet geluidhinder of artikel 4.18 van het Besluit geluidhinder.
Regeling doelmatigheid geluidmaatregelen Wet geluidhinder
Regeling doelmatigheid geluidmaatregelen Wet geluidhinder
Opschrift
Aanhef
De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu en de Minister van Verkeer en Waterstaat;
Gelet op de artikelen 87b, vierde en vijfde lid, en 106, vierde lid, van de Wet geluidhinder en de artikelen 3.9 en 4.22 van het Besluit geluidhinder;
Besluiten:
Artikel 1
In deze regeling wordt verstaan onder:
bronmaatregel: geluidbeperkende maatregel als bedoeld in tabel 1 en tabel 3, onder 1, van Bijlage 1;
cluster: geluidsgevoelig object of verzameling bijeengelegen geluidsgevoelige objecten, gelegen binnen de zone van een weg of spoorweg, die een relevante verlaging van de geluidsbelasting vanwege een weg of spoorweg zou kunnen ondervinden van een aaneengesloten geluidbeperkende maatregel;
geluidbeperkende maatregel: maatregel of combinatie van maatregelen als bedoeld in de tabellen 1, 2 en 3 van Bijlage 1, indien en voor zover toegepast onder de in die tabellen genoemde voorwaarden;
geluidsgevoelig object: woning, ander geluidsgevoelig gebouw, woonwagenstandplaats en ligplaats voor een woonschip;
geluidreductie: geluidreductie bepaald overeenkomstig artikel 7;
ligplaats voor een woonschip: ligplaats in het water, bestemd om door een woonschip te worden ingenomen;
maatregelpunt: rekeneenheid waarin de kosten voor het treffen van een geluidbeperkende maatregel zijn uitgedrukt;
overdrachtsmaatregel: geluidbeperkende maatregel als bedoeld in tabel 2 van Bijlage 1;
reductiepunt: rekeneenheid waarin het budget van een cluster voor het treffen van geluidbeperkende maatregelen is uitgedrukt;
Saneringsobject: een geluidsgevoelig object waarvoor niet eerder een hogere waarde op grond van de Wet geluidhinder, de Interimwet stad-en-milieubenadering of de Spoedwet wegverbreding is vastgesteld, dat is gelegen binnen de zone van een te wijzigen of verbreden hoofdweg of landelijke spoorweg op grond van de Tracéwet en waar de geluidsbelasting:
vanwege de hoofdweg of vanwege binnen het tracé van de hoofdweg of de landelijke spoorweg gelegen wegen op 1 maart 1986, van de gevel van de woning of ander geluidsgevoelig gebouw op dat tijdstip, onderscheidenlijk na ingebruikneming van de hoofdweg of binnen het tracé van de hoofdweg of de landelijke spoorweg gelegen wegen, hoger was dan 60 dB(A);
vanwege de landelijke spoorweg of vanwege binnen het tracé van de landelijke spoorweg of de hoofdweg gelegen spoorwegen op 1 juli 1987, van de gevel van de woning of aan de rand van het geluidsgevoelige terrein op dat tijdstip, onderscheidenlijk na ingebruikneming van de landelijke spoorweg of binnen het tracé van de landelijke spoorweg of de hoofdweg gelegen spoorwegen, hoger was dan 65 dB(A), of
vanwege de landelijke spoorweg of vanwege binnen het tracé van de landelijke spoorweg of de hoofdweg gelegen spoorwegen op 1 juli 1987, van de gevel van het andere geluidsgevoelige gebouw, onderscheidenlijk na ingebruikneming van de landelijke spoorweg of binnen het tracé van de landelijke spoorweg of de hoofdweg gelegen spoorwegen, hoger was dan 60 dB(A);
situatie zonder maatregelen: situatie waarin geen geluidbeperkende maatregelen aanwezig zijn en:
een weg een wegdek heeft met de akoestische kwaliteit van dicht asfaltbeton, dan wel het wegdek heeft dat feitelijk aanwezig is, indien dit tot een hogere geluidsbelasting leidt dan dicht asfaltbeton;
een spoorweg een bovenbouwconstructie heeft van langgelast spoor op houten dwarsliggers, dan wel de bovenbouwconstructie heeft die feitelijk aanwezig is indien deze tot een hogere geluidsbelasting leidt dan langgelast spoor op houten dwarsliggers;
woonwagenstandplaats: standplaats als bedoeld in artikel 1, onderdeel j, van de Wet op de huurtoeslag.
Artikel 1a
Deze regeling berust mede op artikel 104a, vijfde lid, van de Wet geluidhinder.
Artikel 2
Deze regeling is van toepassing in het kader van hoofdstuk VI, afdeling 3 en 7, van de Wet geluidhinder en afdeling 3.2 en afdeling 4.3 van het Besluit geluidhinder bij de afweging omtrent het nemen van geluidbeperkende maatregelen.