De verkrijger of houder van een vergunning voor kavel A7 en van een vergunning voor digitale radio-omroep welke verleend is met toepassing van de Regeling aanvraag, is voor het gebruik van de desbetreffende frequentieruimte gedurende de periode van 1 september 2011 tot en met 31 augustus 2017 een eenmalig bedrag verschuldigd, waarvan de hoogte is: € 17.563.200,–.
Regeling vaststelling eenmalig bedrag uitgifte kavel A7 2011
Regeling vaststelling eenmalig bedrag uitgifte kavel A7 2011
Opschrift
Aanhef
Artikel 1
In deze regeling wordt verstaan onder:
minister: Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie;
Regeling aanvraag: Regeling aanvraag en vergelijkende toets vergunningen kavels A7 en A8 in de FM-band en aanvraag vergunningen voor frequentieruimte in band III;
kavel A7: kavel A7 zoals bepaald in artikel 1 van de Regeling aanvraag;
vergunning voor digitale radio-omroep: vergunning voor digitale radio-omroep zoals bepaald in artikel 1 van de Regeling aanvraag.
Artikel 2
Indien de verlening van de vergunningen met toepassing van de Regeling aanvraag plaats vindt na 1 september 2011, is voor de resterende periode tot en met 31 augustus 2017 een eenmalig bedrag verschuldigd waarvan de hoogte wordt bepaald door het desbetreffende eenmalig bedrag, genoemd in het eerste lid, te vermenigvuldigen met een breuk waarvan de teller wordt gevormd door het aantal hele maanden dat na het tijdstip van vergunningverlening resteert tot en met 31 augustus 2017 en de noemer door het getal 72.
Artikel 3
De verkrijger of de houder van de vergunningen betaalt het op grond van artikel 2 verschuldigde bedrag uiterlijk op 1 september 2011 of, indien het tijdstip van vergunningverlening later ligt dan 21 juli 2011, uiterlijk zes weken na dat tijdstip.
Indien op verzoek van de verkrijger of de houder van de vergunningen in afwijking van het eerste lid uitstel van betaling wordt verleend, worden aan de beschikking tot uitstel van betaling de voorschriften verbonden dat het verschuldigde bedrag wordt betaald in zes gelijke termijnen die steeds jaarlijks vervallen op 1 september, voor het eerst op 1 september 2011, en dat de verkrijger respectievelijk de houder van de vergunningen een waarborgsom verstrekt of een bankgarantie volgens het model, opgenomen in de bijlage, overlegt ter hoogte van een zesde deel van het verschuldigde bedrag. Indien het tijdstip van vergunningverlening later ligt dan 21 juli 2011, vervalt de eerste termijn uiterlijk zes weken na dat tijdstip.
Voor de betaling door de verkrijger of de houder van het door hem op grond van artikel 2 verschuldigde bedrag wordt mede:
de waarborgsom aangewend die op grond van artikel 6 van de Regeling aanvraag is verstrekt, of
in het geval de verkrijger niet tijdig of niet volledig heeft betaald, de bankgarantie aangewend die op grond van artikel 6 van de Regeling aanvraag is verstrekt.
De betalingen worden verricht door overmaking op het bankrekeningnummer 56.99.94.039, ten name van Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie; Agentschap Telecom, onder vermelding van ‘kavel A7’ en van ‘vergunning voor digitale radio-omroep’.
De minister kan een geldschuld jegens de vergunninghouder die verband houdt met een bij of krachtens hoofdstuk 3 van de Telecommunicatiewet genomen besluit, verrekenen met een vordering op grond van artikel 2.