Home

College van Beroep voor het bedrijfsleven, 14-07-2015, ECLI:NL:CBB:2015:197, AWB 13/24

College van Beroep voor het bedrijfsleven, 14-07-2015, ECLI:NL:CBB:2015:197, AWB 13/24

Gegevens

Instantie
College van Beroep voor het bedrijfsleven
Datum uitspraak
14 juli 2015
Datum publicatie
14 juli 2015
ECLI
ECLI:NL:CBB:2015:197
Formele relaties
Zaaknummer
AWB 13/24
Relevante informatie
Telecommunicatiewet [Tekst geldig vanaf 01-01-2024]

Inhoudsindicatie

Boete i.v.m. telemarketing Voor het overbrengen van communicatie via de telefoon, ook als deze ongevraagd is, is in ieder geval noodzakelijk dat een verbinding tot stand wordt gebracht. Naar het oordeel van het College betekent dit, dat ACM, bij gebreke van het directe bewijs van de communicatie zelf, tenminste dient aan te tonen dat het gebruik van de contactgegevens er toe heeft geleid dat een verbinding tot stand is gebracht. Ook ten aanzien van de boete op grond van artikel 11.7, twaalfde lid van de Tw (oud), geldt dat ACM (onder meer) dient aan te tonen dat het gebruik van de contactgegevens ertoe heeft geleid dat er een verbinding tot stand is gebracht. Zoals het College heeft geoordeeld in haar uitspraak van 10 juli 2014 (ECLI:NL:CBB:2014:245), hoeft het recht van verzet immers alleen te worden aangeboden indien het gebruik van de contactgegevens ertoe leidt dat een verbinding met de abonnee tot stand wordt gebracht en met deze wordt gecommuniceerd. Het College kan uit de in de procedure overgelegde stukken en databestanden niet het bewijs putten dat telkens een verbinding tot stand is gebracht. Achter de telefoonnummers die in de databestanden zijn opgenomen zijn soms data en tijdstippen opgegeven. Echter, en anders dan ACM betoogt, ontbreken resultaatscodes, resultaatformulieren of andere gegevens – zoals de gespreksduur – waaruit kan worden geconcludeerd dat een verbinding tot stand is gebracht. De enkele, algemene bevestiging door de loterijen dat de telefoonnummers in de belbestanden zijn gebruikt, is ontoereikend als bewijs dat met dat gebruik een verbinding tot stand is gebracht. ACM heeft zodoende niet aangetoond dat de loterijen communicatie hebben overgebracht.

Uitspraak

uitspraak

zaaknummer: 13/24

15351

Nationale Postcode Loterij N.V. (NPL) , en

Holding Nationale Goede Doelen Loterijen N.V..(de Holding),

gezamenlijk: de loterijen, alle gevestigd te Amsterdam, appellanten (gemachtigden: mr. H.W. Roerdink en mr. C.W. Kniestedt),

tegen de uitspraak van de rechtbank Rotterdam (de rechtbank) van 6 december 2012, kenmerk 11/4135, in het geding tussen

(gemachtigden: mr. R. Klein en mr. O.E.S. Dusée).

Procesverloop in hoger beroep

De loterijen hebben op 14 januari 2013 hoger beroep ingesteld tegen de aangevallen uitspraak (ECLI:NL:RBROT:2012:BY5391).

ACM heeft een reactie op het hoger beroepschrift ingediend.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 17 oktober 2014. Partijen hebben zich laten vertegenwoordigen door hun gemachtigden. De zaak is gevoegd behandeld met zaak 14/239. Na de zitting zijn de zaken gesplitst en in iedere zaak wordt afzonderlijk uitspraak gedaan.

Grondslag van het geschil

1.1

Voor een uitgebreide weergave van het verloop van de procedure, het wettelijk kader en de in dit geding van belang zijnde feiten en omstandigheden, voor zover niet bestreden, wordt verwezen naar de aangevallen uitspraak. Het College volstaat met het volgende.

1.2

Bij besluit van 22 februari 2011 heeft ACM aan de loterijen bestuurlijke boetes opgelegd van in totaal € 102.500,-- wegens overtreding van artikel 11.7, negende en tiende lid, in samenhang met het vijfde lid van de Telecommunicatiewet (Tw) en van in totaal € 160.000,-- wegens overtreding van artikel 11.7, twaalfde lid van de Tw in de periode 1 oktober 2009 tot 1 november 2009.

1.3

Bij besluit van 24 augustus 2011 (het bestreden besluit) heeft ACM de door de loterijen gemaakte bezwaren tegen deze boetes ongegrond verklaard. Hiertegen hebben de loterijen beroep ingesteld bij de rechtbank.

Uitspraak van de rechtbank

2.1

De rechtbank heeft het beroep van de loterijen ongegrond verklaard.

Beoordeling van het geschil in hoger beroep

Beslissing