Home

Gerechtshof Amsterdam, 14-12-2021, ECLI:NL:GHAMS:2021:3776, 200.293.836/01 NOT

Gerechtshof Amsterdam, 14-12-2021, ECLI:NL:GHAMS:2021:3776, 200.293.836/01 NOT

Gegevens

Instantie
Gerechtshof Amsterdam
Datum uitspraak
14 december 2021
Datum publicatie
27 december 2021
ECLI
ECLI:NL:GHAMS:2021:3776
Formele relaties
Zaaknummer
200.293.836/01 NOT

Inhoudsindicatie

Verzoek oud-notaris tot herziening beslissing hof (ECLI:NL:GHAMS:2019:4163) met betrekking tot opgelegde geldboete, omdat deze maatregel ten tijde van het “delict” niet bestond en dus niet (achteraf) geheven mocht worden. Herzieningsverzoek voldoet niet aan cumulatieve vereisten die volgens vaste rechtspraak gelden voor een herzieningsverzoek. Het verzoek wordt afgewezen.

Uitspraak

beslissing

___________________________________________________________________ _ _

GERECHTSHOF AMSTERDAM

afdeling civiel recht en belastingrecht

zaaknummer : 200.293.836/01 NOT

nummer bestreden beslissing : 200.249.811/01 NOT

beslissing van de notaris- en gerechtsdeurwaarderskamer van 14 december 2021

inzake

[oud-notaris] ,

oud-notaris te [plaats] ,

verzoeker,

tegen

BUREAU FINANCIEEL TOEZICHT,

gevestigd te Utrecht,

verweerder,

gemachtigde: mr. [gemachtigde]

Partijen worden hierna de oud-notaris en het BFT genoemd.

1 De zaak in het kort

Het hof heeft in zijn beslissing van 26 november 2019 de oud-notaris – naast de maatregel van ontzetting uit het ambt – de maatregel opgelegd tot betaling van een geldboete van € 20.750,-. De oud-notaris verzoekt het hof om diens beslissing te herzien op het punt van de oplegging van de geldboete, omdat deze maatregel ten tijde van het “delict” niet bestond en dus niet (achteraf) geheven mocht worden.

2 Het verzoek en het verloop van het geding

2.1.

Bij verzoekschrift van 31 maart 2021 heeft de oud-notaris verzocht om herziening van de beslissing van dit hof van 26 november 2019 (ECLI:NL:GHAMS:2019:4163).

2.2.

Het BFT heeft bij brief van 6 juli 2021 gereageerd op het herzieningsverzoek. Deze reactie houdt in dat het BFT zich heeft kunnen vinden in het oordeel van het hof van 26 november 2019 en dat het BFT zich refereert aan het oordeel van het hof aangaande het herzieningsverzoek betreffende de opgelegde boete.

2.3.

De oud-notaris heeft op 3 oktober 2021 bij het hof een brief met acht bijlagen ingediend. De oud-notaris heeft in die brief ook verzocht om herziening van de beslissing van het hof van 26 november 2019 ten aanzien van de maatregel van ontzetting. Het hof zal dat nieuwe verzoek in een afzonderlijke procedure behandelen.

2.4.

De zaak is behandeld ter openbare terechtzitting van het hof van 14 oktober 2021. De oud-notaris en het BFT, vertegenwoordigd door mr. [gemachtigde] , zijn verschenen en hebben het woord gevoerd.

3 De oorspronkelijke klacht en de beslissing

Het gaat in deze zaak om het volgende.

3.1.

Op 14 juli 2017 heeft het BFT bij de kamer voor het notariaat in het ressort Arnhem-Leeuwarden (hierna te noemen: de kamer) een klacht ingediend tegen de oudnotaris. De klacht houdt – kort gezegd – in dat de oud-notaris bij zijn werkzaamheden in het kader van de afwikkeling van een nalatenschap, in ieder geval in schijn, heeft gehandeld in strijd met de notariële onafhankelijkheid en onpartijdigheid, als bedoeld in artikel 17 van de Wet op het notarisambt. Dit vanwege (i) de onduidelijke en verschuivende rol die de oud-notaris heeft ingenomen en (ii) belangenverstrengeling.

3.2.

De kamer heeft in de beslissing van 13 maart 2018 (ECLI:NL:TNORARL:2018:64) het BFT ontvankelijk verklaard in diens klacht en iedere verdere beslissing aangehouden. Bij beslissing van 18 oktober 2018 (ECLI:NL:TNORARL:2018:39) heeft de kamer de klacht van het BFT deels gegrond en deels ongegrond verklaard en is de oud-notaris de maatregel van ontzetting uit het ambt opgelegd.

3.3.

Op 19 november 2018 heeft de oud-notaris tegen voormelde beslissingen van de kamer hoger beroep ingesteld. Bij beslissing van 26 november 2019 heeft het hof de beslissing van de kamer bevestigd en, in aanvulling op de beslissing van de kamer, de oud-notaris – naast de maatregel van ontzetting uit het ambt – de maatregel opgelegd tot betaling van een geldboete van € 20.750,-.

4 Herzieningsverzoek

5 Beoordeling

6 Beslissing