Gerechtshof Den Haag, 15-08-2023, ECLI:NL:GHDHA:2023:1534, 200.318.994
Gerechtshof Den Haag, 15-08-2023, ECLI:NL:GHDHA:2023:1534, 200.318.994
Gegevens
- Instantie
- Gerechtshof Den Haag
- Datum uitspraak
- 15 augustus 2023
- Datum publicatie
- 11 november 2023
- ECLI
- ECLI:NL:GHDHA:2023:1534
- Formele relaties
- Eerste aanleg: ECLI:NL:RBDHA:2022:12720
- Zaaknummer
- 200.318.994
Inhoudsindicatie
Heeft werknemer vóór het verstrijken van de geldigheidsduur van de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd ontslag genomen?
Uitspraak
Afdeling Civiel recht
Zaaknummer : 200.318.994/01
Zaaknummer rechtbank : 10055063 RL EXPL 22-13431
arrest op grond van art. 254 Rv. van 15 augustus 2023
inzake
1 de vennootschap onder firma Dreams Factor Transports,
gevestigd te ’s-Gravenzande, gemeente Westland,
2 [appellant 2],
3. [appellant 3],
wonende te ’ [woonplaats] ,
appellanten,
advocaat: mr. T.W.F. Bijloo te Den Haag,
tegen
[geïntimeerde] ,
wonende te [woonplaats] ,
geïntimeerde,
advocaat: mr. P. Vermeulen te Amsterdam.
Appellanten worden hierna gezamenlijk DFT c.s. genoemd en ieder afzonderlijk DFT respectievelijk [appellant 2] en [appellant 3] . Geïntimeerde wordt hierna [geïntimeerde] genoemd.
1 Waar de zaak over gaat
In deze zaak staat in hoger beroep ter beoordeling of de werknemer [geïntimeerde] al dan niet vóór het verstrijken van de geldigheidsduur van zijn arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd ontslag heeft genomen bij de werkgever DFT. Het antwoord is van belang voor de vraag hoever de loondoorbetalingsverplichtingen van de werkgever DFT reiken.
2 De processtappen
Het verloop van de procedure blijkt uit de volgende stukken:
- het tussen partijen gewezen vonnis van de kantonrechter van 4 oktober 2022 (hierna: het bestreden vonnis) en de daarin genoemde processtukken;
- het exploot van 1 november 2022 waarbij DFT in beroep is gekomen van het bestreden vonnis;
- het arrest van dit hof van 6 december 2022 waarbij een mondelinge behandeling na aanbrengen is bevolen;- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling na aanbrengen van 23 januari 2023;
- de brief van [geïntimeerde] van 16 februari 2023 met een verzoek tot aanvulling van het proces-verbaal;
- de memorie van grieven met producties 1 tot en met 13;
- de memorie van antwoord met producties 1 tot en met 10.
Op 2 mei 2023 hebben partijen verzocht arrest te wijzen.