Hoge Raad, 16-09-2003, AI0034, 00472/03 A
Hoge Raad, 16-09-2003, AI0034, 00472/03 A
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 16 september 2003
- Datum publicatie
- 16 september 2003
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2003:AI0034
- Formele relaties
- Conclusie: ECLI:NL:PHR:2003:AI0034
- Zaaknummer
- 00472/03 A
Inhoudsindicatie
16 september 2003 Strafkamer nr. 00472/03 A LR/SM Hoge Raad der Nederlanden Arrest op het beroep in cassatie tegen een vonnis van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba van 24 december 2002, nummer H-156/2002, in de strafzaak tegen: [verdachte], geboren [te geboorteplaats] (Nederlandse Antillen) op [geboortedatum] 1971, wonende [te woonplaats], ten tijde van de betekening van de aanzegging gedetineerd in het Huis van Bewaring op Curaçao.
1. De bestreden uitspraak...
Uitspraak
16 september 2003
Strafkamer
nr. 00472/03 A
LR/SM
Hoge Raad der Nederlanden
Arrest
op het beroep in cassatie tegen een vonnis van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van de Nederlandse Antillen en Aruba van 24 december 2002, nummer H-156/2002, in de strafzaak tegen:
[verdachte], geboren [te geboorteplaats] (Nederlandse Antillen) op [geboortedatum] 1971, wonende [te woonplaats], ten tijde van de betekening van de aanzegging gedetineerd in het Huis van Bewaring op Curaçao.
1. De bestreden uitspraak
Het Hof heeft in hoger beroep - met vernietiging van een vonnis van het Gerecht in Eerste Aanleg van de Nederlandse Antillen, zittingsplaats Curaçao, van 28 augustus 2002 - de verdachte vrijgesproken van het hem bij inleidende dagvaarding primair tenlastegelegde en hem voorts ter zake van "poging tot doodslag" veroordeeld tot zeven jaren gevangenisstraf, met onttrekking aan het verkeer zoals in het vonnis omschreven. Voorts heeft het Hof de vordering van de benadeelde partij toegewezen in voege als in het vonnis vermeld en de benadeelde partij voor het overige niet-ontvankelijk verklaard in haar vordering.
2. Geding in cassatie
Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze hebben mr. G.P. Hamer en mr. A.M. Ficq-Kengen, beiden advocaat te Amsterdam, bij schriftuur middelen van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.
De Advocaat-Generaal Wortel heeft geconcludeerd tot verwerping van het beroep.
3. Beoordeling van de middelen
De middelen kunnen niet tot cassatie leiden. Dit behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de middelen niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Slotsom
Nu geen van de middelen tot cassatie kan leiden, terwijl de Hoge Raad ook geen grond aanwezig oordeelt waarop de bestreden uitspraak ambtshalve zou behoren te worden vernietigd, moet het beroep worden verworpen.
5. Beslissing
De Hoge Raad verwerpt het beroep.
Dit arrest is gewezen door de vice-president W.J.M. Davids als voorzitter, en de raadsheren F.H. Koster en J.W. Ilsink, in bijzijn van de waarnemend-griffier L.J.J. Okker-Braber, en uitgesproken op 16 september 2003.