Home

Hoge Raad, 11-11-2011, BQ7322, 10/03031

Hoge Raad, 11-11-2011, BQ7322, 10/03031

Gegevens

Instantie
Hoge Raad
Datum uitspraak
11 november 2011
Datum publicatie
11 november 2011
ECLI
ECLI:NL:HR:2011:BQ7322
Formele relaties
Zaaknummer
10/03031

Inhoudsindicatie

Art. 81 RO. Onrechtmatige daad. In publiciteit brengen van telefoongesprekken wethouder waarin belastende uitlatingen.

Uitspraak

11 november 2011

Eerste Kamer

Nr. 10/03031

TT/AS

Hoge Raad der Nederlanden

Arrest

in de zaak van:

[Eiser],

wonende te [woonplaats],

EISER tot cassatie,

advocaat: mr. P.J.L.J. Duijsens,

t e g e n

[Verweerder],

wonende te [woonplaats],

VERWEERDER in cassatie,

niet verschenen.

Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als [eiser] en [verweerder].

1. Het geding in feitelijke instanties

Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:

a. het vonnis in de zaak 256253 / HA ZA 05-4049 van de rechtbank 's-Gravenhage van 25 juli 2007;

b. het arrest in de zaak 105.006.863/01 van het gerechtshof te 's-Gravenhage van 16 maart 2010.

Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.

2. Het geding in cassatie

Tegen het arrest van het hof heeft [eiser] beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaarding is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.

Tegen [verweerder] is verstek verleend.

De zaak is voor [eiser] toegelicht door zijn advocaat.

De conclusie van de Advocaat-Generaal J. Spier strekt tot verwerping van het beroep.

3. Beoordeling van de middelen

De in de middelen aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.

4. Beslissing

De Hoge Raad:

verwerpt het beroep;

veroordeelt [eiser] in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van [verweerder] begroot op nihil.

Dit arrest is gewezen door de vice-president E.J. Numann als voorzitter en de raadsheren J.C. van Oven, W.A.M. van Schendel, F.B. Bakels en C.A. Streefkerk, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer J.C. van Oven op 11 november 2011.