Hoge Raad, 11-11-2011, BT7382, 10/03489
Hoge Raad, 11-11-2011, BT7382, 10/03489
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 11 november 2011
- Datum publicatie
- 11 november 2011
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2011:BT7382
- Formele relaties
- Conclusie: ECLI:NL:PHR:2011:BT7382
- In cassatie op : ECLI:NL:GHAMS:2010:BM6521, Bekrachtiging/bevestiging
- Zaaknummer
- 10/03489
Inhoudsindicatie
Art. 81 RO. Procesrecht. Niet-ontvankelijkheid. Oordeel hof dat op verzoek tot verlenging alimentatietermijn reeds eerder onherroepelijk was beslist (art. 236 Rv.).
Uitspraak
11 november 2011
Eerste Kamer
Nr. 10/03489
RM/IF
Hoge Raad der Nederlanden
Beschikking
in de zaak van:
[De vrouw],
wonende te [woonplaats],
VERZOEKSTER tot cassatie,
advocaat: mr. P. Garretsen,
t e g e n
[De man],
wonende te [woonplaats],
VERWEERDER in cassatie,
niet verschenen.
Partijen zullen hierna ook worden aangeduid als de vrouw en de man.
1. Het geding in feitelijke instanties
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar de navolgende stukken:
a. de beschikking in de zaak 258382/FA RK 08-6963 van de rechtbank Utrecht van 13 mei 2009;
b. de beschikking in de zaak 200.044.921 van het gerechtshof te Amsterdam van 4 mei 2010.
De beschikking van het hof is aan deze beschikking gehecht.
2. Het geding in cassatie
Tegen de beschikking van het hof heeft de vrouw beroep in cassatie ingesteld. Het cassatierekest is aan deze beschikking gehecht en maakt daarvan deel uit.
De man heeft geen verweerschrift ingediend.
De conclusie van de Advocaat-Generaal E.M. Wesseling-van Gent strekt tot verwerping van het beroep.
3. Beoordeling van het middel
De in het middel aangevoerde klachten kunnen niet tot cassatie leiden. Zulks behoeft, gezien art. 81 RO, geen nadere motivering nu de klachten niet nopen tot beantwoording van rechtsvragen in het belang van de rechtseenheid of de rechtsontwikkeling.
4. Beslissing
De Hoge Raad:
verwerpt het beroep;
veroordeelt de vrouw in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van de man begroot op nihil.
Deze beschikking is gegeven door de raadsheren F.B. Bakels, als voorzitter, W.D.H. Asser en C.E. Drion, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer J.C. van Oven op 11 november 2011.