Hoge Raad, 13-07-2018, ECLI:NL:HR:2018:1186, 18/02696
Hoge Raad, 13-07-2018, ECLI:NL:HR:2018:1186, 18/02696
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 13 juli 2018
- Datum publicatie
- 13 juli 2018
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2018:1186
- Formele relaties
- In cassatie op: ECLI:NL:CRVB:2018:1533
- Zaaknummer
- 18/02696
Inhoudsindicatie
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet‐ontvankelijk.
Uitspraak
13 juli 2018
nr. 18/02696
Arrest
gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep van 22 mei 2018, nr. 18/934 AW, betreffende een besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties ingevolge het Rijkswachtgeldbesluit 1959.
1 Beoordeling van de ontvankelijkheid van het beroep in cassatie
Ingevolge artikel 78, lid 4, van de Wet op de rechterlijke organisatie neemt de Hoge Raad enkel kennis van het beroep in cassatie tegen uitspraken van de bestuursrechter voor zover dit bij wet is bepaald. Er is geen wettelijke bepaling die beroep in cassatie openstelt tegen een uitspraak van de Centrale Raad van Beroep als de onderhavige. Het beroep in cassatie dient derhalve niet‐ontvankelijk te worden verklaard.
2 Proceskosten
De Hoge Raad acht geen termen aanwezig voor een veroordeling in de proceskosten.
3 Beslissing
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet‐ontvankelijk.
Dit arrest is gewezen door de raadsheer J. Wortel als voorzitter, en de raadsheren A.F.M.Q. Beukers-van Dooren en P.A.G.M. Cools, in tegenwoordigheid van de waarnemend griffier F. Treuren, en in het openbaar uitgesproken op 13 juli 2018.