Hoge Raad, 14-06-2024, ECLI:NL:HR:2024:883, 23/02457
Hoge Raad, 14-06-2024, ECLI:NL:HR:2024:883, 23/02457
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 14 juni 2024
- Datum publicatie
- 14 juni 2024
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2024:883
- Formele relaties
- Conclusie: ECLI:NL:PHR:2024:383
- In cassatie op : ECLI:NL:GHDHA:2023:517
- Zaaknummer
- 23/02457
Inhoudsindicatie
Art. 81 lid 1 RO. Personen- en familierecht; scheiding van tafel en bed; heeft verzoening plaatsgevonden? (art. 1:176 BW (oud)).
Uitspraak
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
CIVIELE KAMER
Nummer 23/02457
Datum 14 juni 2024
ARREST
In de zaak van
1. [eiser 1],
wonende te [woonplaats],
2. [de moeder],
wonende te [woonplaats], Suriname,
EISERS tot cassatie,
hierna: [eiser 1] en [de moeder],
advocaat: A.C. de Bakker,
tegen
1. [verweerder 1],
wonende te [woonplaats],
2. [verweerder 2],
wonende te [woonplaats],
VERWEERDERS in cassatie,
hierna: [verweerder 1] en [verweerder 2],
advocaat: M.A.J.G. Janssen.
1 Procesverloop
Voor het verloop van het geding in feitelijke instanties verwijst de Hoge Raad naar:
a. het vonnis in de zaak C/09/587854 / HA ZA 20-130 van de rechtbank Den Haag van 30 juni 2021;
b. het arrest in de zaak 200.298.856/01 van het gerechtshof Den Haag van 28 maart 2023.
[eiser 1] en [de moeder] hebben tegen het arrest van het hof beroep in cassatie ingesteld.
[verweerder 1] en [verweerder 2] hebben een verweerschrift tot verwerping ingediend.
De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten en voor [verweerder 1] en [verweerder 2] mede door K.G.A.C. Scheper.
De conclusie van de Advocaat-Generaal M.L.C.C. Lückers strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
De advocaat van [eiser 1] en [de moeder] heeft schriftelijk op die conclusie gereageerd.
2 Beoordeling van het middel
De Hoge Raad heeft de klachten over het arrest van het hof beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van dat arrest. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie).
3 Beslissing
De Hoge Raad:
- verwerpt het beroep;
- compenseert de kosten van het geding in cassatie aldus dat iedere partij de eigen kosten draagt.
Dit arrest is gewezen door de president G. de Groot als voorzitter en de raadsheren C.E. du Perron, C.H. Sieburgh, H.M. Wattendorff en A.E.B. ter Heide, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer A.E.B. ter Heide op 14 juni 2024.