Home

Rechtbank Gelderland, 11-12-2013, ECLI:NL:RBGEL:2013:6471, 245280

Rechtbank Gelderland, 11-12-2013, ECLI:NL:RBGEL:2013:6471, 245280

Gegevens

Instantie
Rechtbank Gelderland
Datum uitspraak
11 december 2013
Datum publicatie
18 maart 2014
ECLI
ECLI:NL:RBGEL:2013:6471
Formele relaties
Zaaknummer
245280

Inhoudsindicatie

Zurich stelt dat JMV aansprakelijk is voor de schade die is geleden als gevolg van het openrijden van de wissel. Zij voert aan dat JMV is tekortgeschoten in de nakoming van de op haar rustende verplichtingen op grond van de overeenkomst in de zin van artikel 6:74 Burgerlijk Wetboek (BW). Voorts grondt Zurich de aansprakelijkheid van JMV op artikel 6:76 BW, omdat zij aansprakelijk is voor de gedragingen van de werktreinbegeleider, zijnde een hulppersoon.

Daarnaast voert Zurich aan dat de werktreinbegeleider een fout heeft gemaakt waarvoor JMV op grond van artikel 6:170 BW aansprakelijk is.

Zurich is krachtens subrogatie gerechtigd de schade te verhalen op de aansprakelijke partij.

Uitspraak

vonnis

Team kanton en handelsrecht

Zittingsplaats Arnhem

zaaknummer / rolnummer: C/05/245280 / HA ZA 13-414

Vonnis van 11 december 2013

in de zaak van

de rechtspersoon naar Iers recht

ZURICH INSURANCE PLC,

gevestigd te Dublin, Ierland,

eiseres,

advocaat mr. A.A.M. Zeeman te Voorburg,

tegen

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

J.M.V. SPOORWEGVEILIGHEID BV,

gevestigd te Tiel,

gedaagde,

advocaat mr. M. Bouman te Eindhoven.

Partijen zullen hierna Zurich en JMV genoemd worden.

1 De procedure

1.1.

Het verloop van de procedure blijkt uit:

-

het tussenvonnis van 14 augustus 2013

-

de akte overlegging producties van Zurich

-

de akte overlegging producties van JMV

-

het verkort proces-verbaal van comparitie van 14 oktober 2013

-

de akte overlegging productie van Zurich.

1.2.

Ten slotte is vonnis bepaald.

2 De feiten

2.1.

In opdracht van Prorail heeft BAM Rail B.V. (hierna: BAM) onderhoudswerkzaamheden verricht aan het spoor in het baanvak Boxtel-Eindhoven. BAM is verzekerd bij Zurich.

2.2.

Bij de werkzaamheden is een gedeelte van het spoor buiten dienst gesteld. Dit betekent onder meer dat er geen treinen rijden en dat beveiligingssystemen worden uitgeschakeld. In zo’n situatie is er sprake van een ‘tijdelijk veiligheidsregime’.

2.3.

BAM en JMV hebben in 2004 een raamcontract gesloten met de looptijd 1 mei 2004 tot en met 1 mei 2007 (productie 2 dagvaarding). Dit raamcontract had onder meer als doel dat BAM en JMV een zogenaamd preferred supplier relatie aangingen waarbij BAM het voornemen heeft geuit om aanvragen voor een aanbieding zoveel mogelijk bij JMV te doen. Voorts is onder meer vermeld dat het contract omvat het leveren van veiligheidsdiensten ten behoeve van BAM. Blijkens artikel 5.1 van het raamcontract zijn de Algemene Inkoop- en Onderaannemingsvoorwaarden van BAM Groep N.V. (A.I.O.V.) op de overeenkomst van toepassing.

2.4.

In 2007 hebben JMV en BAM een Service Level Agreement gesloten, dat gold van 1 september 2007 tot 1 januari 2009 (productie 3 dagvaarding). Uit deze overeenkomst volgt onder meer dat JMV zich heeft verbonden in genoemde periode veiligheidsdiensten te leveren aan BAM.

2.5.

JMV heeft bij de uitvoering van de overeenkomsten gebruik gemaakt van werknemers van Pelkmans.

2.6.

Art. 3 van de A.I.O.V. luidt onder meer:

1. De verplichtingen van Opdrachtnemer (JMV, de rechtbank) omvatten onder meer:

a. de door hem te verrichten levering en het uit te voeren werk goed en deugdelijk en naar de bepalingen van de Overeenkomst uit te voeren;

Art. 17 lid 1 van de A.I.O.V. luidt:

Opdrachtnemer is aansprakelijk voor alle schade, inclusief bedrijfsschade en kosten, die Opdrachtgever en/of derden, daaronder begrepen Principaal, ten gevolge van de toerekenbare tekortkoming dan wel onrechtmatige daad van Opdrachtnemer mocht(en) lijden.

Art. 17 lid 4 van de A.I.O.V. luidt:

Voor zover het door Opdrachtnemer niet naleven van zijn contractuele dan wel wettelijke verplichtingen ten gevolge zal hebben, dat Opdrachtgever jegens derden, daaronder begrepen Principaal, aansprakelijk wordt gesteld, vrijwaart Opdrachtnemer hierbij Opdrachtgever voor alle gevolgen van deze aansprakelijkheid, alsmede voor de wettelijke aansprakelijkheid van opdrachtgever jegens derden ingevolge artikel 6:171 BW.

2.7.

In de nacht van 19 op 20 februari 2008 heeft BAM met werktrein nummer 96936 werkzaamheden verricht op het hierboven genoemde baanvak. JMV heeft in het kader van deze werkzaamheden werknemers van Pelkmans, onder wie werktreinbegeleider [naam], ter beschikking gesteld van BAM.

2.8.

De Leider Werkplek Beveiliging (LWB) is hoofdverantwoordelijk voor de veiligheid ter plaatse van de werkzaamheden. Hij geeft daartoe instructies aan de Lokale Leider Veiligheid (LLV) en de werktreinbegeleider. Een taak van de werktreinbegeleider is te controleren of wissels in de juiste stand staan. De werktreinbegeleider ontvangt instructies over het betreffende baanvak. Hij ontvangt onder andere een routekaart en de werktreininstructie (WTI), waarop risicogebieden, zoals wissels, staan aangegeven.

2.9.

In de nacht van 19 op 20 februari 2008 waren naast de werktreinbegeleider in de trein aanwezig de machinist [naam] en de gereedschapsmachinist [naam].

De trein is de hogesnelheidswissel 1273B bij Liempde genaderd met een gemiddelde snelheid van 30 km/u. De werktreinbegeleider heeft de machinist opgedragen stapvoets te rijden. Hij is niet uitgestapt. Vervolgens heeft hij de machinist opdracht gegeven door te rijden. Doordat de wissel niet in de juiste stand stond, heeft de trein de wissel open gereden. Hierbij is het beweegbare puntstuk van de wissel beschadigd.

2.10.

Zurich heeft op 5 november 2009 € 117.910,75 aan Prorail vergoed. Dit is het bedrag van de aan de wissel toegebrachte schade overeenkomstig Expertiserapport nr. 4 van Arntz van Helden Expertisebureau d.d. 29 oktober 2009.

3 Het geschil

3.1.

Zurich vordert – samengevat – een verklaring voor recht dat JMV aansprakelijk is voor de door Zurich geleden en te lijden schade, veroordeling van JMV tot betaling aan Zurich van € 117.910,75, het onder 2.10 bedoelde schadebedrag, en veroordeling van JMV tot betaling van € 3.438,82 aan buitengerechtelijke kosten volgens het rapport

Voor-Werk II, een en ander vermeerderd met rente en kosten.

3.2.

Zurich stelt dat JMV aansprakelijk is voor de schade die is geleden als gevolg van het openrijden van de wissel. Zij voert aan dat JMV is tekortgeschoten in de nakoming van de op haar rustende verplichtingen op grond van de overeenkomst in de zin van artikel 6:74 Burgerlijk Wetboek (BW). Voorts grondt Zurich de aansprakelijkheid van JMV op artikel 6:76 BW, omdat zij aansprakelijk is voor de gedragingen van de werktreinbegeleider, zijnde een hulppersoon.

Daarnaast voert Zurich aan dat de werktreinbegeleider een fout heeft gemaakt waarvoor JMV op grond van artikel 6:170 BW aansprakelijk is.

Zurich is krachtens subrogatie gerechtigd de schade te verhalen op de aansprakelijke partij.

3.3.

JMV voert verweer.

3.4.

Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4 De beoordeling

5 De beslissing