Rechtbank Midden-Nederland, 28-07-2021, ECLI:NL:RBMNE:2021:3534, AWB - 20 _ 4604
Rechtbank Midden-Nederland, 28-07-2021, ECLI:NL:RBMNE:2021:3534, AWB - 20 _ 4604
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Midden-Nederland
- Datum uitspraak
- 28 juli 2021
- Datum publicatie
- 29 juli 2021
- ECLI
- ECLI:NL:RBMNE:2021:3534
- Zaaknummer
- AWB - 20 _ 4604
Inhoudsindicatie
Beroep. MK. Compensatieregeling transitievergoeding bij langdurige arbeidsongeschiktheid. Art 7:673e BW. Ongegrond.
Uitspraak
RECHTBANK MIDDEN-NEDERLAND
Zittingsplaats Utrecht
Bestuursrecht
zaaknummer: UTR 20/4604
uitspraak van de meervoudige kamer van 28 juli 2021 in de zaak tussen
[eiseres] B.V., gevestigd in [vestigingsplaats] , eiseres,
en
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv), verweerder.
Inleiding
1. Eiseres was sinds 1 februari 1997 de werkgever van [werkneemster] . Deze werkneemster is op 9 oktober 2012 uitgevallen door ziekte. Na de wettelijke loondoorbetalingsverplichting van twee jaar heeft het Uwv de re-integratieinspanningen van eiseres als onvoldoende beoordeeld en is een loonsanctie van één jaar opgelegd. Eiseres moest het loon van de werkneemster daarom niet blijven betalen tot het einde van de wachttijd voor de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (Wet WIA) in oktober 2014, maar tot 9 oktober 2015. Het wettelijke verbod om de zieke werkneemster te ontslaan liep daarmee gelijk op.
2. Tussen het einde van de loondoorbetalingsverplichting van 2 jaar (oktober 2014) en het einde van de loonsanctie (9 oktober 2015) is op 1 juli 2015 het tweede deel van de Wet werk en zekerheid in werking getreden. Vanaf die datum moeten werkgevers bij het verlenen van ontslag een transitievergoeding aan werknemers betalen.
3. Na afloop van de loonsanctie en het ontslagverbod heeft eiseres het dienstverband met de werkneemster op 6 november 2015 opgezegd met ingang van 1 maart 2016, vanwege langdurige arbeidsongeschiktheid. Eiseres heeft aan de werkneemster toen een transitievergoeding betaald van € 36.885,42.
4. Met ingang van 1 april 2020 is de Wet houdende maatregelen met betrekking tot de transitievergoeding bij ontslag wegens bedrijfseconomische omstandigheden of langdurige arbeidsongeschiktheid in werking getreden. Vanaf die datum moet het Uwv de betaalde transitievergoeding na een ontslag vanwege langdurige arbeidsongeschiktheid aan de werkgever vergoeden, als aan bepaalde voorwaarden is voldaan.
5. Eiseres heeft het Uwv vervolgens in april 2020 verzocht om vergoeding van de in 2016 aan de werkneemster betaalde transitievergoeding. Met het besluit van 13 juli 2020 heeft het Uwv de aanvraag afgewezen.
6. Met het besluit van 4 november 2020 heeft het Uwv het bezwaar van eiseres ongegrond verklaard. Eiseres heeft tegen dat besluit beroep ingesteld. Zij voert aan dat het Uwv de nieuwe wet verkeerd heeft toegepast en dat zij wel recht heeft op compensatie van de transitievergoeding.
7. De zaak is behandeld op de zitting van 15 juli 2021. Eiseres heeft zich laten vertegenwoordigen door haar algemeen directeur [A] , bijgestaan door haar hoofd administratie [B] . Het Uwv heeft zich laten vertegenwoordigen door mr. E. Witte.