Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 17-04-2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:2559, 22/1637 en 22/1638
Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 17-04-2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:2559, 22/1637 en 22/1638
Gegevens
- Instantie
- Rechtbank Zeeland-West-Brabant
- Datum uitspraak
- 17 april 2023
- Datum publicatie
- 10 mei 2023
- Zaaknummer
- 22/1637 en 22/1638
- Relevante informatie
- Art. 2 BPM, Art. 9 BPM, Art. 10 BPM
Inhoudsindicatie
Bpm
Uitspraak
RECHTBANK ZEELAND-WEST-BRABANT
Zittingsplaats Breda
Belastingrecht
zaaknummers: BRE 22/1637 en 22/1638
[belanghebbende], uit [plaats], belanghebbende
(gemachtigde: [gemachtigde]),
en
de inspecteur van de belastingdienst, de inspecteur
Inleiding
1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het de beroepen van belanghebbende tegen de uitspraak op bezwaar van de inspecteur van 17 februari 2022.
De inspecteur heeft aan belanghebbende een naheffingsaanslag in de belasting van personenauto’s en motorrijwielen (Bpm) opgelegd.
De inspecteur heeft het de bezwaren van belanghebbende ongegrond verklaard. De inspecteur heeft daarbij de naheffingsaanslag gehandhaafd.
De inspecteur heeft op de beroepen gereageerd met een verweerschrift.
De rechtbank heeft de beroepen op 23 maart 2023 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: de gemachtigde van belanghebbende en [inspecteur] en [inspecteur] namens de inspecteur.