Home

Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 19-02-2019, ECLI:NL:GHSHE:2019:562, 200.159.191_01

Gerechtshof 's-Hertogenbosch, 19-02-2019, ECLI:NL:GHSHE:2019:562, 200.159.191_01

Gegevens

Instantie
Gerechtshof 's-Hertogenbosch
Datum uitspraak
19 februari 2019
Datum publicatie
21 februari 2019
ECLI
ECLI:NL:GHSHE:2019:562
Formele relaties
Zaaknummer
200.159.191_01

Inhoudsindicatie

Werkingssfeer cao Metaal en Techniek. Betekenis van HR 21 december 2018 inzake Fondsen/UGTS. Vervolg op ECLI:NL:GHSHE:2017:4175.

Uitspraak

Team handelsrecht

zaaknummer 200.159.191/01

arrest van 19 februari 2019

in de zaak van

1 Stichting Pensioenfonds Metaal en Techniek,

2. Stichting Vervroegd Uittreden Metaal en Techniek,

3. Stichting Sociaal Fonds Metaal en Techniek,

4. N.V. Schadeverzekering Metaal en Technische Bedrijfstakken,

5. Stichting Opleidings- en Ontwikkelingsfonds voor het Technisch Installatiebedrijf

(voorheen genaamd: Stichting Opleidings- en Ontwikkelingsfonds voor het Loodgieters-, Fitters-, en Centrale Verwarmingsbedrijf),

alle statutair gevestigd te [vestigingsplaats] ,

appellanten in het principaal appel,

geïntimeerden in incidenteel appel,

hierna gezamenlijk aan te duiden als de Fondsen, en elk afzonderlijk als respectievelijk SPMT, SVUM, SMTB en SOOT,

advocaat: mr. M.J.H. Halsema te Rotterdam,

tegen

1 [Onroerend Goed B.V.] Onroerend Goed B.V.,gevestigd te [vestigingsplaats] ,

hierna aan te duiden als Onroerend Goed,

2. [Rioolservice B.V.] Rioolservice B.V.,
gevestigd te [vestigingsplaats] ,

hierna aan te duiden als Rioolservice,

3. [Riooltechniek B.V.] Riooltechniek B.V.,
gevestigd te [vestigingsplaats] ,

hierna aan te duiden als Riooltechniek,

4. [(indirect) aandeelhouder en bestuurder] , gedurende de periode van 1 maart 1993 tot 31 mei 2005 vennoot van de per laatstgenoemde datum beëindigde vennootschap onder firma V.O.F. [V.O.F.] en per 31 mei 2005 (indirect) aandeelhouder en bestuurder van geïntimeerden in principaal appel sub 1, 2, 3 en 6,

wonende te [woonplaats] ,

hierna aan te duiden als de heer [(indirect) aandeelhouder en bestuurder] ,

5. [(indirect) bestuurder] , gedurende de periode van 1 maart 1993 tot 31 mei 2005 vennoot van de per laatstgenoemde datum beëindigde vennootschap onder firma V.O.F. [V.O.F.] en per 31 mei 2005 (indirect) bestuurder van geïntimeerden in principaal appel sub 1, 2, 3 en 6,

wonende te [woonplaats] ,

thans in rechte niet meer vertegenwoordigd,

hierna aan te duiden als mevrouw [(indirect) bestuurder] ,

6. [Holding B.V.] Holding B.V., (die op 31 mei 2005 is opgericht), sedert 31 mei 2005 enig aandeelhouder en bestuurder van geïntimeerde in principaal appel sub 1 en sedert 29 januari 2009 (indirect) enig aandeelhouder en bestuurder van geïntimeerden in principaal appel sub 2 en 3,

gevestigd te [vestigingsplaats] ,

hierna aan te duiden als Holding,

geïntimeerden in principaal appel,

appellanten in incidenteel appel,

hierna gezamenlijk ook aan te duiden als [geïntimeerden] ,

advocaat: mr. P.H.J.G. van Huizen te Rotterdam, zij het dat hij na 23 januari 2018 niet langer optreedt voor mevrouw [(indirect) bestuurder] ,

als vervolg op de door het hof gewezen (tussen)arresten van 14 juli 2015, 7 juni 2016 en 26 september 2017 in het hoger beroep van het door de kantonrechter van de rechtbank Limburg, zittingsplaats Roermond, onder zaaknummer 374046 / CV EXPL 13-1852 gewezen vonnis van 23 juli 2014.

12 Het verloop van de procedure

Het verloop van de procedure blijkt uit:

-

het tussenarrest van 26 september 2017;

-

een akte houdende uitlatingen, tevens houdende akte wijziging van eis zijdens de Fondsen d.d. 19 december 2017 met 9 producties, genummerd 114 tot en met 122;

-

een akte na tussenarrest zijdens [geïntimeerden] d.d. 19 december 2017;

-

een formulier H-2, ingediend ter rolle van 23 januari 2018, waarbij mr. Van Huizen zich onttrekt als advocaat van mevrouw [(indirect) bestuurder] ;

-

een antwoordakte zijdens de Fondsen d.d. 23 januari 2018;

-

een antwoordakte zijdens [geïntimeerden] d.d. 23 januari 2018 met drie producties, genummerd 16, 17A en 17B;

-

een formulier H-16, ingediend namens [geïntimeerden] ter rolle van 20 februari 2018, houdende bezwaar tegen de inhoud van de antwoordakte zijdens de Fondsen d.d. 23 januari 2018;

-

een formulier H-16, ingediend namens de Fondsen ter rolle van 20 februari 2018, houdende het verzoek om bij akte te mogen reageren op de akte zijdens [geïntimeerden] van 23 januari 2018

-

een formulier H-16, ingediend namens [geïntimeerden] ter rolle van 20 februari 2018, houdende een nadere toelichting op het hiervoor genoemde verzoek op de rol van 20 februari 2018.

Het hof heeft na de aktewisselingen een datum voor arrest bepaald.

13 De verdere beoordeling

14 De uitspraak