Hoge Raad, 31-05-2024, ECLI:NL:HR:2024:781, 23/02155
Hoge Raad, 31-05-2024, ECLI:NL:HR:2024:781, 23/02155
Gegevens
- Instantie
- Hoge Raad
- Datum uitspraak
- 31 mei 2024
- Datum publicatie
- 31 mei 2024
- ECLI
- ECLI:NL:HR:2024:781
- Formele relaties
- Conclusie: ECLI:NL:PHR:2024:367
- In cassatie op : ECLI:NL:GHDHA:2023:394
- Zaaknummer
- 23/02155
Inhoudsindicatie
Art. 81 lid 1 RO. Verbintenissenrecht. Vervolg op HR 29 oktober 2021, ECLI:NL:HR:2021:1615. Geschil over vraag wie bij geldlening als geldnemer kan worden aangemerkt. Miskenning Kribbebijter-criterium (HR 11 maart 1977, ECLI:NL:HR:1977:AC1877)? Voorbijgegaan aan essentiële stellingen? Onjuiste rechtsopvatting over art. 149 Rv?
Uitspraak
HOGE RAAD DER NEDERLANDEN
CIVIELE KAMER
Nummer 23/02155
Datum 31 mei 2024
ARREST
In de zaak van
SOLIDIAM N.V.,
gevestigd te Amsterdam,
EISERES tot cassatie,
hierna: Solidiam,
advocaat: M.E. Franke,
tegen
DE GEZAMENLIJKE ERFGENAMEN VAN [erflater],
gewoond hebbende te [woonplaats],
VERWEERDERS in cassatie,
hierna: de erven [erflater],
advocaten: T. van Tatenhove en L.V. van Gardingen.
1 Procesverloop
Voor het verloop van het geding tot dusver verwijst de Hoge Raad naar:
a. zijn arrest in de zaak 20/01558 van 29 oktober 2021, ECLI:NL:HR:2021:1615;
b. het arrest in de zaak 200.303.801/01 van het gerechtshof Den Haag van 21 maart 2023.
Solidiam heeft tegen het arrest van het hof beroep in cassatie ingesteld.
De erven [erflater] hebben een verweerschrift tot verwerping ingediend.
De zaak is voor partijen toegelicht door hun advocaten, en voor de erven [erflater] mede door H.A.A. Essebai.
De conclusie van de Advocaat-Generaal T. Hartlief strekt tot verwerping van het cassatieberoep.
De advocaat van Solidiam heeft schriftelijk op die conclusie gereageerd.
2 Beoordeling van het middel
De Hoge Raad heeft de klachten over het arrest van het hof beoordeeld. De uitkomst hiervan is dat deze klachten niet kunnen leiden tot vernietiging van dat arrest. De Hoge Raad hoeft niet te motiveren waarom hij tot dit oordeel is gekomen. Bij de beoordeling van deze klachten is het namelijk niet nodig om antwoord te geven op vragen die van belang zijn voor de eenheid of de ontwikkeling van het recht (zie artikel 81 lid 1 van de Wet op de rechterlijke organisatie).
3 Beslissing
De Hoge Raad:
- verwerpt het beroep;
- veroordeelt Solidiam in de kosten van het geding in cassatie, tot op deze uitspraak aan de zijde van de erven [erflater] begroot op € 7.115,-- aan verschotten en € 2.200,-- voor salaris, vermeerderd met de wettelijke rente over deze kosten indien Solidiam deze niet binnen veertien dagen na heden heeft voldaan.
Dit arrest is gewezen door de raadsheren C.H. Sieburgh, als voorzitter, F.J.P. Lock en F.R. Salomons, en in het openbaar uitgesproken door de raadsheer A.E.B. ter Heide op 31 mei 2024.