Aflevering 7

De assurantieportefeuille van HDI Verzekeringen is overgeheveld naar Treston. HDI is een procedure gestart tegen drie van haar voormalig bestuurders en tegen Treston. HDI voelde zich benadeeld door deze herverzekeringsconstructie.

Gedaagde partij in kort geding moet in persoon of bij advocaat verschijnen. Gedaagde kan worden bijgestaan door een rechtshelper die geen advocaat is, maar dan moet gedaagde zelf (of een gevolmachtigd personeelslid) ook ter zitting aanwezig zijn.

De Visitatiecommissie Pensioenfondsen (VCP) heeft een hoge contractuele boete gevorderd van gedaagde. De rolrechter heeft akte niet-dienen verleend voor zijn conclusie van antwoord.

ABN AMRO Bank (hierna: ABN) vordert dat de hoofdzaak tegen Kessel wordt gevoegd met een andere zaak (zaak B) die bij de rechtbank aanhangig is. Kessel voert verweer. De rechtbank oordeelt dat de zaken verknocht zijn, zodat voeging mogelijk is los van

De rechtbank beoordeelt een zaak over de verdeling van de echtelijke woning tussen partijen. Er is er sprake van verkapt verstek, omdat de advocaat van gedaagde geen verweer voert. De vorderingen worden daarom grotendeels toegewezen.

X is veroordeeld om een betaling te doen aan Total Travel (hierna: TT). TT legt beslag onder de eenmanszaak Z, die gedreven wordt door appellant A. A verklaarde dat X alleen maar vrijwilligerswerk deed voor Z.

De vader van eiser heeft in de jaren zeventig geld geleend van een vriend. In 1991 is de vader bij verstek veroordeeld om dat bedrag aan die vriend terug te betalen. Het beslag dat in 1990 is gelegd is bij het verstekvonnis van waarde verklaard.

De voorzieningenrechter wijst het verzoek van Slokker Bouwgroep (hierna: Slokker) om beslag te mogen leggen af. Het enkele feit dat de wederpartij weigert om aan een vordering te voldoen, levert nog geen gegronde vrees op dat die partij vermogensbestanddelen

De curator van Luc B.V. meende dat de Ontvanger van de Belastingen ten onrechte een geleasede personenauto in beslag heeft genomen en de verkoopopbrengst heeft gebruikt om de openstaande motorrijtuigenbelasting te voldoen.

In de gegeven omstandigheden is het woningstichting Eigen Haard toegestaan een ontruimingsvonnis na vier jaar nog te executeren. Het beroep op art. 7:230 BW wordt afgewezen. Eigen Haard mag zich echter niet laten vertegenwoordigen door rechtshelper X

Eisers hadden na de gedwongen verkoop van hun woning een fikse restschuld aan hypotheekbank ING. De voorzieningenrechter veroordeelt ING om executoriale derdenbeslagen ten laste van eisers op te heffen.

De curatoren in het faillissement van Cerentino B.V. (hierna: Cerentino) vorderen de vernietiging van een samenstel van rechtshandelingen, of van één van die rechtshandelingen. De vernietiging van het samenstel is niet mogelijk, omdat niet alle betrokkenen

Eiser is een assurantietussenpersoon. Zij wil dat gedaagde, een vennootschap, de factuur voor verzekeringspremies betaalt. Gedaagde stelt dat de dagvaarding niet goed is betekend, en dat deze daarom nietig is.

Central American Timber Fund (CATF), gevestigd te Luxemburg, verzoekt de rechtbank om heroverweging van een Europees betalingsbevel. CATF stelt dat het pas op 31 oktober 2019 in een officiële taal in Luxemburg aan CATF bekend is gemaakt.

Na ambtshalve toetsing wordt Stichting Patrimonium Woonservice (hierna: Patrimonium) een exequatur voor een arbitraal vonnis geweigerd. Het is niet gebleken dat Patrimonium verweerster heeft gewezen op de mogelijkheid om de zaak aan de gewone rechter

De Centrale Raad van Beroep (CRvB) gaat bij het vaststellen van de hoogte van de boete in bijstandszaken niet langer uit van een beslagvrije voet van 90% maar van 95% van de toepasselijke bijstandsnorm.

Na een zakelijk geschil is de overeenkomst tussen twee vennootschappen ontbonden. Vennootschap N is veroordeeld om aan wederpartij EFG € 280.000 terug te betalen. EFG heeft executoriaal derdenbeslag gelegd ten laste van N, maar dit heeft vrijwel niets

De Tweede Kamer heeft in behandeling gekregen het wetsvoorstel voor een Tijdelijke wet COVID-19 (Kamerstukken II, 2019/20, 35557). Dit voorstel voorziet onder meer in een tijdelijke mogelijkheid voor de rechter om de behandeling van faillissementsverzoeken aan te houden en om andere verhaalsacties te schorsen en een schuldenaar een tijdelijk betalingsuitstel te verlenen. De Tweede Kamer heeft op 4 september 2020 het verzoek gekregen het voorstel zo snel mogelijk te behandelen.

In 2019 hebben het HvJ EU, het Gerecht en het EVA-Hof 83 zaken afgedaan waaraan de Nederlandse regering een bijdrage heeft geleverd. Het gaat om 75 prejudiciële uitspraken, 6 rechtstreekse zaken, een advies van het HvJ EU en een uitspraak van het EVA-Hof. Het oordeel van deze hoven in die zaken komt in ruime meerderheid grotendeels overeen met het door de Nederlandse regering ingebrachte standpunt. Dit blijkt uit de veertiende rapportage van de procesgemachtigden van de Nederlandse regering bij het HvJ EU.

De Rechtspraak heeft in het Visiedocument echtscheiding met kinderen voorstellen gedaan om echtscheidingsprocedures minder conflictueus te laten verlopen en complexe echtscheidingen te voorkomen. In dit artikel worden de voorstellen voor regievoering en een gezamenlijk verzoekschrift besproken. Deze voorstellen worden ook getoetst aan de hand van de beginselen van partijautonomie en hoor en wederhoor.

De Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders (KBvG) en het Ministerie van Justitie en Veiligheid zetten de komende jaren samen stappen om de continuïteit en kwaliteit van de beroepsgroep ook in de toekomst te waarborgen. Dat hebben ze afgesproken in een convenant dat is ondertekend door minister Sander Dekker voor Rechtsbescherming en door KBvG-voorzitter Wilbert van de Donk. Het is de eerste keer dat Justitie een dergelijk convenant sluit met een juridische beroepsgroep.

Inwerkingtreding van de diverse bepalingen uit het Wetsvoorstel tot herziening van het beslag- en executierecht zal tussen 1 oktober 2020 en 1 april 2021 plaatsvinden. In deze bijdrage een overzicht van de wijzigingen van het beslag- en executierecht.

Reactie op het artikel H. Loonstein, ‘Schorsende werking van hoger beroep tegen een beslagverlof’ door H.A. Stein en J.W. Westenberg

Mr. Stein en mr. Westenberg hebben gereageerd op mijn artikel ‘Schorsende werking van hoger beroep tegen een beslagverlof’ in BER 2020/115. Ik zal proberen uit te leggen, dat ik van mening ben en blijf, dat als op het moment dat hoger beroep wordt ingesteld al conservatoir beslag is gelegd, het beslag vervalt.

Op 3 september jl. zond staatssecretaris Van ’t Woud, mede namens minister Dekker, de Tijdelijke wet COVID-19 SZW en JenV aan de Tweede Kamer.1 Deze wet regelt onder andere de tijdelijke aanhouding van faillissementsverzoeken, schorsing van executiemaatregelen en opheffing van beslagen. De achterliggende gedachte is dat schuldenaren die een onderneming drijven in staat worden gesteld om financieel orde op zaken te stellen, als zij door de coronacrisis in de financiële problemen zijn gekomen.