FTV 2019/7 - De (voor)huwelijkse man-vrouwfirma en de wettelijke beperkte gemeenschap van goederen
Aflevering 2, gepubliceerd op 08-04-2019 geschreven door Labohm, A.N. en Stollenwerck, A.H.N.Voor veel mensen die met elkaar samenwonen is het huwelijk niet meer de basis waarop zij met elkaar samen wonen. Mensen wonen samen met of zonder samenlevingsovereenkomst. De rechtspraktijk wijst uit dat samenwonenden onvoldoende stil staan bij de mogelijke vermogensrechtelijke gevolgen van hun samenleving. Tussen samenwonenden ontstaat niet van rechtswege een gemeenschap. Zij kunnen wel een goed in mede-eigendom verwerven en dan is er geen sprake van een gebonden gemeenschap – zoals de huwelijksgemeenschap – maar van een eenvoudige of vrije gemeenschap als geregeld in titel 3.7 afdeling 1 BW. Samenwoners kunnen in een samenlevingsovereenkomst het een en ander regelen, maar daarbij kan nog steeds geen gebonden gemeenschap zoals de huwelijksgemeenschap worden overeengekomen. Dat laat onverlet dat tussen samenwonenden anderszins rechten en verplichtingen kunnen ontstaan, terwijl ter zake een overeenkomst ontbreekt. De Hoge Raad heeft in 2012 overwogen dat uit het gedrag van partijen stilzwijgend een overeenkomst kan worden afgeleid HR 8 juni 2012 ECLI:NL:HR:2012:BV9539..