Aflevering 9

Gepubliceerd op 1 september 2014

FTV 2014/42 - Kost het wel wat? Vraagtekens bij de beëindiging tijdelijke schenkvrijstelling

Aflevering 9, gepubliceerd op 01-09-2014 geschreven door Dick Schonis
Het kabinet-Rutte is bij zijn aantreden en bij latere bezuinigingsoperaties voor de onroerendgoedmarkt fors op de rem gaan staan. Beleidsmatig wenste men een eind te maken aan de zeer ruimhartige financiering van het eigen woningbezit. Huiseigenaren moeten meer eigen geld investeren en er moet bij voorkeur op de hypotheek worden afgelost. In elk geval door middel van fiscale aandrang daartoe, in de vorm van een steeds verdergaande beperking van de hypotheekrenteaftrek. Met het Amerikaanse hypotheek-debacle nog vers in het geheugen is dat een begrijpelijke stap. Parallel daaraan heeft men de gelegenheid te baat genomen de gesubsidieerde huur via woningcorporaties aan te pakken.Een overzicht van de voor de koopmarkt en huurmarkt getroffen maatregelen is te vinden in Hoofdstuk 2 (‘Algeheel beleidskader en doelstellingen’ op p. 6-7 van de nota Stabiliteitsprogramma Nederland, april 2014, dat is gevoegd bij de Kamerbrief over aanbieding definitieve versies Stabiliteitsprogramma en Nationaal Hervormingsprogramma 2014, van 14 mei 2014, AFED/2014/211). Het effect van deze beleidsmaatregelen is echter wel dat de markt vrijwel stil is komen te liggen, de onroerendgoedprijzen fors dalen, hypotheken ‘onder water’ komen te staan en de werkgelegenheid in de bouw en aanverwante bedrijven en dienstverleners fors onder druk staat.

FTV 2014/43 - De gebruikelijkloonregeling binnen het dga-concern

Aflevering 9, gepubliceerd op 01-09-2014 geschreven door Mr. A.A.W. Langevoord
In de praktijk komt het vaak voor dat een directeur-grootaandeelhouder (hierna: ab-houder) werkzaamheden verricht voor meerdere vennootschappen binnen zijn concern. In de praktijk wordt dan vaak een managementovereenkomst gesloten tussen de werkmaatschappij en de houdstermaatschappij van de ab-houder, waarbij wordt afgesproken dat de ab-houder tevens werkzaamheden zal verrichten voor de concernvennootschappen. Deze laatste vennootschappen betalen vervolgens een vergoeding aan de houdstermaatschappij voor de geleverde diensten door de ab-houder.

FTV 2014/44 - Het (nieuwe) Nederlandse erfrecht-IPR in vogelvlucht

Aflevering 9, gepubliceerd op 01-09-2014 geschreven door Mr. J.L.D.J. Maasland
Een van de belangrijkste actuele ontwikkelingen in de internationale estate planningspraktijk is het van toepassing worden van de Europese Erfrechtverordening (hierna: ErfVo) per 17 augustus 2015. Over de ErfVo zijn al de nodige artikelen verschenen. Ook zal dit jaar op het jaarcongres van de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie, met als thema ‘Notaris over de grenzen’, uitgebreid aandacht worden besteed aan de ErfVo. In deze bijdrage bespreek ik in vogelvlucht het huidige en komende Nederlandse internationaal privaatrecht (IPR) met betrekking tot het erfrecht, met als doel hierin een helder inzicht te geven, ook aan de praktijkjurist of fiscalist die wellicht niet iedere dag met deze materie wordt geconfronteerd.

FTV 2014/45 - Notulen: opgemaakt en vast gesteld (wanbeleid?)

Aflevering 9, gepubliceerd op 01-09-2014 geschreven door Mr. M. W.E. Evers en Mw. mr. A. Folmer
Notulen van vergaderingen van organen van de rechtspersoon hebben vaak een belangrijke betekenis. Vooral in procedures waarin achteraf de taakvervulling door het bestuur of de raad van commissarissen moet worden getoetst. Wettelijk is echter zeer weinig geregeld op het gebied van het notuleren van vergaderingen. Daardoor varieert de praktijk nogal. In deze bijdrage geven wij een overzicht van de belangrijkste zaken die spelen bij notulen. Ook worden enkele algemene richtlijnen gegeven voor het opstellen van notulen, mede gelet op het belang dat de stukken kunnen hebben in een (vele jaren) latere enquête- of aansprakelijkheidsprocedure.

FTV 2014/47 - Nalatenschapsplanning: wel of niet aanvaarden?

Aflevering 9, gepubliceerd op 01-09-2014 geschreven door Prof. mr. dr. W. Burgerhart
Nalatenschapsplanning is vandaag de dag synoniem met het maken van vele keuzes na verscheiden. Een van de eerste beslissingen die genomen moet worden, betreft de aanvaarding (zuiver of beneficiair) of verwerping van de nalatenschap. Het is niet uitgesloten dat inzicht in de omvang en samenstelling van de nalatenschap niet kan worden afgewacht voordat deze erfrechtelijke keuze moet worden gemaakt. Een zuivere aanvaarding door als ‘heer en meester over de goederen van de nalatenschap te beschikken’ staat aan een latere verwerping of beneficiaire aanvaarding immers in beginsel in de weg. Dat een ongeluk (zuivere aanvaarding) in een klein hoekje kan zitten, bleek wel uit het Haagse arrest van 8 april 2014 (ECLI:NL:GHDHA:2014:1799). De erfgenamen in kwestie bleken de nalatenschap van hun moeder namelijk zuiver te hebben aanvaard door de kosten van een gezamenlijk dinertje op haar sterfdag ten laste van bankrekening van de overledene te betalen. Saillant detail in deze casus is het feit dat restaurantrekening (€ 119) nagenoeg gelijk was aan de gri?ekosten voor een beneficiaire aanvaarding (2014: € 120). Na zuivere aanvaarding is er in beginsel geen weg terug. Binnen het thans geldende wettelijke systeem is slechts één mogelijkheid om terug te komen op een zuivere aanvaarding; deze is te vinden in artikel 4:194 BW. De kantonrechter kan onder omstandigheden een erfgenaam die na zuivere aanvaarding bekend wordt met een uiterste wil, machtigen om alsnog beneficiair te aanvaarden.