Aflevering 1

Gepubliceerd op 6 februari 2020

WetgevingsoverzichtBijgewerkt op: 27-09-2024

FIP 2020/317 - Sign. - KPNQwest: lessen over het belang van een oorzakenonderzoek in complexe faillissementen. Interview met curator mr. Marcel Windt over het faillissement van KPNQwest TvI 2019/40, mr. J.M.W. Pool en mr. M.C.J. Peeters

Aflevering 1, gepubliceerd op 06-02-2020
Op 31 mei 2002 werden KPNQwest N.V. (hierna: KPNQwest) en het grootste deel van haar dochtervennootschappen in binnen- en buitenland failliet verklaard. Als curatoren werden benoemd Eddie Meijer en Jan van Apeldoorn, die later is vervangen door Marcel

FIP 2020/329 - Sign. - Geen aansprakelijkheid voor faillissementstekort voor zover dit wordt gevormd door vordering van aansprakelijkgestelde zelf Hof Amsterdam 19 februari 2019, ECLI:NL:GHAMS:2019:490

Aflevering 1, gepubliceerd op 06-02-2020
X BV heeft in 2006 activa overgenomen van de curator in het faillissement van Y BV. Daartoe behoorde ook een handelsnaam. X en Z – een vennootschap naar buitenlands recht – hebben per januari 2006 een overeenkomst gesloten inzake software ontwikkeling.

FIP 2020/338 - Sign. - Verrekening door pandhouder bij bodemverhuurconstructie is geen onaanvaardbare doorbreking van de gelijkheid van schuldeisers HR 21 juni 2019, ECLI:NL:HR:2019:995, «JOR» 2019/262, m.nt. Faber

Aflevering 1, gepubliceerd op 06-02-2020
In deze uitspraak staat de vraag centraal of de regel die de Hoge Raad in het arrest Tiethoff q.q./NMB (HR 22 december 1989, NJ 1990/661, m.nt. PvS) formuleerde – een regel die een beperking inhoudt van de ruime verrekeningsbevoegdheid van art.

FIP 2020/353 - Sign. - Internationale rechtsmacht bij de betwisting van de verdeling van een executieopbrengst van een onroerende zaak HvJ EU 10 juli 2019, ECLI:EU:C:2019:577, «JOR» 2019/266, m.nt. Bens

Aflevering 1, gepubliceerd op 06-02-2020
De Oostenrijkse rechter heeft begin 2014 een reeks vorderingen toegewezen die waren ingesteld door een groep Oostenrijkse aannemers, waaronder Norbert Reitbauer (Reitbauer c.s.), uit hoofde van wanprestatie wegens het niet betalen van de renovatiewerkzaamheden

FIP 2020/354 - Art. - De lossing van zekerheidsrechten tegen executiewaarde

Aflevering 1, gepubliceerd op 06-02-2020 geschreven door Rijnenberg, W.D.M. en Schuijling, B.A.
Pand- en hypotheekrechten gaan door lossing teniet. Voor deze eigenlijke lossing is cruciaal dat het juiste bedrag wordt betaald. In de literatuur wordt aangenomen dat lossing niet alleen mogelijk is door voldoening van de gehele verzekerde vordering, maar ook door voldoening van de executiewaarde van het onderpand. In dit artikel wordt bepleit dat lossing tegen executiewaarde van het onderpand slechts mogelijk is indien de executiewaarde voldoende vast staat. Dat is het geval bij een bod ter veiling of een voorstel voor onderhandse executie waaraan de pand- of hypotheekhouder zich niet meer eenzijdig kan onttrekken.

FIP 2020/355 - Art. - De overdraagbaarheid van kredietvorderingen van banken aan niet-banken

Aflevering 1, gepubliceerd op 06-02-2020 geschreven door Rongen, M.H.E.
In 2015 heeft Van Lanschot een portefeuille van niet-renderende zakelijke leningen verkocht aan een investeerder. Daarbij is gebruik gemaakt van contractsoverneming en cessie. De transactie heeft aanleiding gegeven tot meerdere juridische procedures aangespannen door klanten van Van Lanschot. In sommige procedures is de rechtsgeldigheid van de cessie betwist met een beroep op de onoverdraagbaarheid van de kredietvorderingen. De rechtbank Amsterdam heeft hierover prejudiciële vragen gesteld aan de Hoge Raad. Dit artikel bespreekt de prejudiciële vragen en voorziet deze van een antwoord.

FIP 2020/356 - Art. - De curator die wil procederen: bezint eer ge begint

Aflevering 1, gepubliceerd op 06-02-2020 geschreven door Tideman, B.J.
In het artikel Het machtigingsverzoek: de bestuurder gehoord?!,FIP 2019/258, breken Frima en De Vos een lans voor een zorgvuldigere beoordeling door de rechter-commissaris van het machtigingsverzoek van de curator. Zij stellen voor om een standaardformulier verzoek procederen in te stellen en pleiten ervoor om art. 68 lid 3 Fw aan te passen, in die zin dat de belanghebbenden door de rechter-commissaris dienen te worden gehoord, alvorens te beslissen op een verzoek om een machtiging tot procederen (althans het aanbrengen van de dagvaarding) te verlenen. In deze bijdrage volgt een reactie.