Aflevering 2

Op 10 december 2019 heeft de Ondernemingskamer (OK) een onderzoek bevolen naar het beleid en de gang van zaken met betrekking tot een in 2010 uitgevoerde overname en fusie van kinderopvangorganisatie Estro Groep (Estro).

De vereffening van de nalatenschap staat de laatste tijd volop in de belangstelling. In de literatuur is men vooral geïnteresseerd in de relatie met de Faillissementswet. De neiging bestaat de zware vereffening te beschouwen als het faillissement van

Deze zaak gaat om het volgende. Moet een curator een vordering, waar hij of zij van meent dat dit een kansloze dan wel weinig kansrijke vordering betreft, aan een partij ‘verkopen’ voor een per saldo symbolische koopprijs? Enkele schuldeisers in het faillissement

Bij vonnissen van 9 februari 2016 worden een aantal bv’s uit de Paradigit Groep failliet verklaard. SKP (gedaagde 3) is aandeelhouder van een van de vennootschappen. SKP is tevens eigenaar van de servers waarop zich de e-mailboxen bevinden van (onder

In de onderhavige procedure meende de curator van een gefailleerde vennootschap dat hij het griffierecht voor natuurlijke personen diende te voldoen. De curator is immers een natuurlijk persoon die optreedt namens de gezamenlijke crediteuren en niet namens

In deze zaak had de schuldenaar een verzoek aan de rechter-commissaris gedaan op grond van art. 69 Fw en werd hij/zij gelijktijdig door de rechter-commissaris opgeroepen op grond van de inlichtingenplicht uit art.

Deze zaak gaat over drie kinderen die het medisch dossier van hun overleden vader willen hebben in verband met een geschil met hun stiefmoeder over de afwikkeling van de nalatenschap.

Deze uitspraak betreft een herhaald intrekkingsverzoek zijdens de bewindvoerder en een verzoek tot ontslag van de bewindvoerder zijdens de sursiet. Eerder werd een intrekkingsverzoek door de rechtbank afgewezen op grond dat het op dát moment, gelet op

Op 1 oktober 2019 is X BV failliet verklaard op verzoek van de Ontvanger. Op 7 oktober 2019 heeft X hiertegen beroep ingesteld en verzocht het faillissement te vernietigen. De rechtbank heeft overwogen dat X de vordering van de Ontvanger niet betwist.

De werknemers zijn als vrachtvlieger in dienst geweest van Martinair (MAC). Vanwege de verliesgevende situatie bij MAC zijn onderdelen van MAC geïntegreerd in KLM. In verband hiermee is in september 2011 in het tussen MAC, KLM en VNV gesloten Ringvaartakkoord

Nadat Heiploeg-oud aanzienlijke verliezen had geleden en vanwege kartelvorming een boete kreeg opgelegd is de mogelijkheid van een pre-pack onderzocht. In januari 2014 zijn daarbij beoogd curatoren aangesteld en zijn enkele vennootschappen opgericht die

Volgens de Rotterdamse voorzieningenrechter heeft De Brauw niet aannemelijk gemaakt dat Imtech-curatoren Peters en Princen een harde afspraak hebben geschonden over het niet mogen openbaren aan derden van informatie afkomstig van De Brauw over cliënt

De algemene vergadering van aandeelhouders heeft in 2016 besloten tot ontbinding van X BV. Vanwege het ontbreken van baten vindt dit plaats zonder vereffening. Op één na zijn alle crediteuren van de ontbonden vennootschap bij de vereffening voldaan door

In juli 2014 is Estro Groep BV failliet verklaard. Estro Groep heette tot mei 2011 Catalpa. Overigens startte Estro na haar faillissement met een pre-packconstructie door onder de naam Smallsteps.

B en C zijn (indirect) bestuurders en aandeelhouders van A. A houdt zich bezig met het aanbieden van opleidingen door middel van een franchiseorganisatie. Met de franchisenemers is een geschil ontstaan over de franchiseovereenkomst.

B heeft een verzoek ingediend om een bevel tot instemming met een door haar aangeboden schuldregeling ex art. 287a Fw. Namens verweerder X is niemand verschenen, hoewel behoorlijk opgeroepen.

X houdt zich bezig met onder meer verhuur van landbouwvoer- en werktuigen. X heeft met Y twee leaseovereenkomsten gesloten voor de twee tractoren in 2007. In 2013 is een nieuwe leaseovereenkomst gesloten voor de beide tractoren.

Appellante heeft gewerkt in een tandartsenpraktijk die is failliet verklaard. De curator heeft daarna slechts gedeeltelijk de door appellante gestelde boedelvorderingen betaald. Tussen de curator en appellante is in geschil de omvang van de vorderingen

Het voorstel voor de WHOA ligt bij de Tweede Kamer en maakt financiële reorganisatie via een dwangakkoord buiten faillissement mogelijk. Het huidige voorstel heeft geen aandacht voor het gevaar dat de gesecureerde schuldeisers vrijwel alle reorganisatiewaarde

Rabobank heeft Melkwinning gefinancierd en heeft pandrechten op de inventaris, de voorraden en de debiteuren van Melkwinning. Op verzoek van Melkwinning gaat Rabobank akkoord met overdracht van de bedrijfsactiviteiten door Melkwinning aan Kort met verval

In het vonnis stelt de Rechtbank Amsterdam prejudiciële vragen over de overdraagbaarheid van een vorderingsrecht van een bank op haar cliënt aan een niet-bank (Promontoria), de mogelijke zorgplicht die op die niet-bank komt te rusten, en de mogelijke

In 2010 komen een pandgever A en een pandnemer B een pandakte overeen. A verpandt zijn gehele bedrijfsuitrusting, alsmede alle vorderingen die hij op derden heeft of zal hebben. In de overeenkomst is vastgelegd dat de verpanding plaatsvindt door middel

Een dochtervennootschap draagt een pand over aan haar moedervennootschap. Enkele maanden later wordt de dochter failliet verklaard. Rechtbank en hof oordelen dat de transactie paulianeus is (art.

Het gerechtshof Den Haag is bij arrest van 12 november 2019 ingegaan op de onbehoorlijke taakvervulling door een bestuurder en op de vraag of de bestuurder daarvoor ook aansprakelijk is (ECLI:NL:GHDHA:2019:3299).

Rechtspersonen dienen te worden ingeschreven in het handelsregister. De inschrijving wordt meestal geregeld door de notaris en gaat over het algemeen elektronisch. Daarom vindt inschrijving vaak snel na de oprichting plaats.

In deze bijdrage wordt stilgestaan bij de kwalificatie van de Peeters/Gatzen-vordering in het internationaal privaatrecht. In het bijzonder wordt met een kritische blik gekeken naar de uitspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie omtrent de

Alweer ruim drie jaar kan een bestuurder van een rechtspersoon langs de civielrechtelijke weg een zogenoemd bestuursverbod worden opgelegd. Dat kan aan de bestuurder die in een faillissement fraudeert of die zich schuldig heeft gemaakt aan wanbestuur

Op 1 mei 2019 is het nieuwe Belgische Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen (WVV) ingegaan. Zie Belgisch Staatsblad 16 juli 2019 (189), afl. 158. Deze wet leidt tot een vergaande aanpassing en modernisering van het Belgische ondernemingsrecht.

Aanleiding voor deze bijdrage is het Geocopter-arrest van de Hoge Raad uit december 2018. In dit arrest komt de vraag aan de orde of objectieve wetenschap van benadeling van schuldeisers een vereiste is voor aansprakelijkheid op grond van art.

In 2014 heeft Binderij Letterboer B.V. (Letterboer) (een deel van) de onderneming van een eerder failliet verklaarde boekbinderij doorgestart. Op verzoek van de bestuurder en een oud-werknemer van deze failliet is Letterboer op 20 augustus 2014 in staat

A heeft in augustus 2012 aan B één en aan C twee motorvoertuigen verkocht en geleverd. De door B en C verschuldigde koopprijs is op 15 augustus 2012 door A gefactureerd. Op de door A aan B en C verzonden facturen is het KvK-nummer en het bankrekeningnummer

De curator in de faillissementen van Mobile Services BV en haar twee dochtervennootschappen (tezamen: Mobile Services) ging in beroep van de uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland.

A BV is failliet gegaan. Vervolgens heeft de curator in januari 2011 afspraken gemaakt met X (de directeur-grootaandeelhouder) over de BMW van A. Over de uitleg van de afspraken bestond onduidelijkheid waarna X een procedure aanhangig heeft gemaakt.

De curator is aangesteld in de faillissementen van A BV, B BV en C BV (A c.s.). A c.s. hielden drie rekeningcourant rekeningen bij de bank. De algemene voorwaarden rekening-courant en krediet bepalen dat ‘Gedurende faillissement, (…) mag/mogen alleen

De procedure gaat tussen twee appellanten en tien geïntimeerden. Deze laatste zijn allen (enige tijd) (in)direct bestuurder geweest van ZOM. Bouwgroep Holland was sinds 2015 de enig aandeelhouder van ZOM.

Al geruime tijd is er een discussie gaande over de wenselijkheid van het fiscale bodem(voor)recht, name in een (dreigende) faillissementssituatie. In deze bijdrage licht de auteur eerst toe welke positie de fiscus als crediteur inneemt (paragraaf 2).

Groepen vennootschappen: lang waren ze een ondergeschoven kindje binnen het insolventierecht. De afgelopen jaren beginnen groepen vennootschappen echter in toenemende mate in zowel nationale als internationale context een eigen plaats binnen het insolventierecht

Feniks en Coliseum zijn allebei in Polen gevestigd en hebben met elkaar een aannemingsovereenkomst gesloten die in Polen moet worden uitgevoerd. Op grond van die overeenkomst heeft Feniks een vordering op Coliseum.

SIS BV is enig aandeelhouder van SZIH BV, die op haar beurt enig aandeelhouder is van SIS S.L. (Swets Spanje). SIS is in september 2014 failliet verklaard. X c.s. waren in dienst van Swets Spanje, die in november 2014 failliet is verklaard.

In een recent arrest heeft de Hoge Raad bepaald dat art. 53 Fw. geen beletsel is voor de afdwingbaarheid van meerpartijen-verrekeningsafspraken. Dergelijke afspraken houden daarmee ook stand in faillissement. Die regel is een toepassing van een veel breder uitgangspunt: de vrijheid van partijen hun vorderingen uit overeenkomst zelf vorm te geven.

Eind 2019 hebben de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV) en de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) geconstateerd dat de patiëntveiligheid als direct gevolg van de faillissementen van het Slotervaartziekenhuis en het IJsselmeerziekenhuis in het gevaar is geweest. Om de patiëntveiligheid in geval van faillissement in de toekomst te waarborgen doen de OVV en de IGJ meerdere aanbevelingen. In dit artikel gaat de auteur in op de aanbevelingen van de OVV die strekken tot aanpassing van de faillissementswet en geeft zijn visie op die aanbevelingen en de effectiviteit daarvan. Daarnaast doet hij ook suggesties voor een alternatieve regeling gebaseerd op reeds bestaande initiatieven in andere sectoren.

Reeds in 2006 promoveerde Marc van Oers op het proefschrift getiteld De doorstart van een NV/BV bij insolventie. Dat was aan de vooravond van de laatste financiële crisis. Deze dissertatie, in 2007 voorzien van een handelseditie, bleek de afgelopen jaren een uiterst nuttig naslagwerk te zijn voor nadere studie naar onderwerpen op het snijvlak van fiscaliteit en insolventie die verband houden met de doorstart van een onderneming in financiële moeilijkheden. Maar de ontwikkelingen op het gebied van het fiscale insolventierecht gaan snel, vooral door de continue wijzigingen in de fiscaliteit. Daarom is het verheugend nieuws dat Van Oers een tweede druk van zijn boek heeft verzorgd, waarmee dit onderwerp weer in een actuele versie is te raadplegen. In deze boekbespreking worden, na een inleiding die aandacht besteed aan de persoon van de auteur en de belangrijke verschillen met de oorspronkelijke druk, de opzet en inhoud van het boek besproken en met name aandacht besteed aan de nieuwe onderdelen die door de auteur worden behandeld.