Aflevering 7

Gepubliceerd op 1 november 2013

WetgevingsoverzichtBijgewerkt op: 30-09-2024

HIP 2013, afl. 7 - Art. – Classic: Toko Mitra/PMT

Aflevering 7, gepubliceerd op 01-11-2013 geschreven door mr. dr. M.B.J. Thijssen
In elke aflevering van HIP wordt een klassieker uit het huurrecht besproken. Het gaat telkens om een uitspraak die van grote betekenis is (geweest) voor het huurrecht. Steeds komt aan bod wat de aanleiding voor de procedure was, welke rechtsvraag ter beantwoording voor lag en of de uitspraak nog steeds relevant is. In deze aflevering het arrest van de Hoge Raad van 24 september 2010, ECLI:NL:HR:20120:BM9758, NJ 2010, 649 over de wachttijd die geldt bij opzegging op grond van dringend eigen gebruik bij bedrijfsruimte als bedoeld in artikel 7:290 BW.

HIP 2013, afl. 7 - Art. – De rol van de makelaar bij de totstandkoming van huurovereenkomsten

Aflevering 7, gepubliceerd op 01-11-2013 geschreven door Mr. K.M.J. Baumann
De makelaar speelt bij de totstandkoming van huurovereenkomsten een belangrijke rol. Het is de persoon die partijen bijeenbrengt en die de onderhandelingen voert om zo het sluiten van een huurovereenkomst voor te bereiden. Dit artikel gaat in op de rol van de makelaar bij de totstandkoming van huurovereenkomsten in opdracht van de verhuurder. Hoever reiken de vertegenwoordigingsbevoegdheden van de makelaar en in hoeverre kan hij aansprakelijk worden gehouden voor eventuele fouten die hij bij bemiddelingsactiviteiten maakt? Daarnaast worden in dit artikel enkele aandachtspunten bij het inschakelen van een makelaar door de verhuurder besproken.

HIP 2013, afl. 7 - Art. – Het contractuele boetebeding in huurcontracten voor woonruimte (II)

Aflevering 7, gepubliceerd op 01-11-2013 geschreven door Mr. F. Oostlander
In HIP 2012, nr. 1 kwam het contractuele boetebeding in huurovereenkomsten voor woonruimte aan de orde. Als een dergelijk beding is opgenomen in de algemene voorwaarden kan het beding desgevraagd op grond van artikel 6:233 BW door de rechter buiten toepassing worden gelaten indien hij het beding aanmerkt als onredelijk bezwarend. Ook kan de boete door de rechter worden gematigd op grond van artikel 6:94 BW indien de redelijkheid en billijkheid dat klaarblijkelijk vereist. Het artikel eindigde met een ‘cliffhanger’ in de vorm van de prejudiciële vragen die het Gerechtshof Amsterdam aan het Europees Hof van Justitie had voorgelegd over de toepasselijkheid van Richtlijn 93/13 EEG op de huurovereenkomst voor woonruimte enerzijds en op de verhouding tussen de nationale Nederlandse wetgeving en de Richtlijn 93/13 EEG anderzijds. In deze richtlijn is immers sprake van ambtshalve vernietiging van oneerlijke bedingen, waartoe de nationale rechter blijkens eerdere uitspraken van het Europees Hof van Justitie verplicht moet overgaan.

HIP 2013, afl. 7 - Art. – Woningwaarderingsstelsel op de schop

Aflevering 7, gepubliceerd op 01-11-2013 geschreven door mr. A.M. Langeloo en mr. H.M. Hielkema
In het woningmarktakkoord van 13 februari 2013 heeft het kabinet een aantal maatregelen opgenomen dat de werking van de woningmarkt moet verbeteren.1 Er is toen aangekondigd dat er voor Prinsjesdag een voorstel op tafel zou liggen tot verbetering en vereenvoudiging van het woningwaarderingsstelsel. Het kabinet is in de daaropvolgende maanden in overleg getreden met landelijke organisaties van verhuurders en huurders. Op de valreep voor Prinsjesdag heeft minister Blok zijn voorstel aan de Tweede Kamer gepresenteerd.2 Het voorstel bevat de volgende uitgangspunten.

HIP 2013, afl. 7 - Sign. - Huurrecht is geen goed

Aflevering 7, gepubliceerd op 01-11-2013
De voorzieningenrechter krijgt de vraag voorgelegd of de verhuurder die alleen de huurder wiens goederen onder bewind zijn gesteld, heeft gedagvaard en niet (ook) de bewindvoerder, kan worden ontvangen in zijn vordering tot ontruiming van het gehuurde wegens overlast.

HIP 2013, afl. 7 - Sign. - Overlast seniorencomplex

Aflevering 7, gepubliceerd op 01-11-2013
De verhuurder van een seniorencomplex (een woningstichting) vordert in kort geding de ontruiming van een van de bewoners van het complex, omdat hij zodanige overlast veroorzaakt dat de overige bewoners het niet meer aankunnen.