Ga verder naar content
OpMaat

Aflevering 4

Gepubliceerd op 2 april 2019

JB 2019/43 - Inzet minderjarige mysteryguest ter handhaving van de DHW. Berust een veroordeling alleen of in beslissende mate op anonieme verklaringen van getuigen dan moeten er voldoende compenserende maatregelen worden genomen. De identiteit van de getuigen moet in ieder geval bekend zijn bij de rechter

ECLI:NL:RVS:2019:195, datum uitspraak 23-01-2019, publicatiedatum 23-01-2019
Aflevering 4, gepubliceerd op 02-04-2019 met annotatie van Sackers, H.J.B.
Boete aan vereniging; Verstrekken alcoholhoudende drank aan minderjarige; Mysteryguest; Mysteryguest, -horen ~als getuige; Ondervragingsrecht; Criminal charge; Alcoholmatigingsproject; Proportionaliteitsbeginsel

JB 2019/44 - Kan het belang van de rechtszekerheid rechtvaardigen dat naar nationaal recht voorschriften die in rechte onaantastbaar zijn als regel kunnen worden gehandhaafd, tenzij evident is dat dit voorschrift niet gesteld had mogen worden, omdat dit voorschrift in strijd is met het Unierecht?

ECLI:NL:RVS:2019:260, datum uitspraak 30-01-2019, publicatiedatum 30-01-2019
Aflevering 4, gepubliceerd op 02-04-2019
Omgevingsvergunning; Lpg-tankstation; Relativiteit; Prejudiciële vragen; Exceptieve toetsing; Onaantastbaar geworden, met Unierecht strijdig voorschrift; Evidentiecriterium; Rewe-beginselen; Sanctiebesluiten

JB 2019/48 - Indiening van stukken via het Digitaal loket van de Afdeling door stichting AGA/Presikhaaf. De stichting is er door de Afdeling niet op gewezen dat het gebruik van het Digitaal loket alleen is opengesteld voor natuurlijke personen. Evenmin is zij in de gelegenheid gesteld het beroepschrift en/of nadere stukken alsnog per post in te dienen. Gelet hierop bestaat geen aanleiding voor het oordeel dat de stichting geen beroep heeft ingesteld, dan wel dat zij niet binnen de wettelijke termijn beroep heeft ingesteld

ECLI:NL:RVS:2019:296, datum uitspraak 13-02-2019, publicatiedatum 13-02-2019
Aflevering 4, gepubliceerd op 02-04-2019
Wnb-vergunning; Bevoegdheid Afdeling; Coördinatie; Niet gelijktijdig voorbereide en bekendgemaakte besluiten; Digitaal Loket, -oneigenlijk gebruik

JB 2019/51 - Voor de postbezorging door een andere postdienst dan PostNL kan niet van hetzelfde uitgangspunt worden uitgegaan als voor de postbezorging met PostNL. Voor andere postdiensten gelden niet de specifieke wettelijke waarborgen inzake omvang en regelmaat van de postbezorging. Het bestuursorgaan dient in dit geval zowel de verzending als de ontvangst van het poststuk aannemelijk te maken

ECLI:NL:RVS:2019:424, datum uitspraak 13-02-2019, publicatiedatum 13-02-2019
Aflevering 4, gepubliceerd op 02-04-2019
Nihilstelling subsidie; Tijdigheid gemaakt bezwaar; Aannemelijkheid verzending en ontvangst besluit; Verzending via ander bedrijf dan PostNL; Niet-aangetekende verzending

JB 2019/52 - SCE is een b-orgaan, voor zover SCE met enig openbaar gezag is bekleed. De door SCE op grond van de Subsidieregeling verstrekte subsidies worden in overwegende mate gefinancierd door de gemeente Eindhoven. De inhoudelijke criteria voor het verstrekken van de cultuursubsidies door SCE worden bovendien in beslissende mate bepaald door een of meer bestuursorganen van de gemeente

ECLI:NL:RVS:2019:413, datum uitspraak 13-02-2019, publicatiedatum 13-02-2019
Aflevering 4, gepubliceerd op 02-04-2019 met annotatie van Timmermans, L.J.M.
Subsidie voor bibliotheek; Bestuursorgaan; b-orgaan; Ambtshalve toetsing; Grondslag voor subsidie; Bevoegdheid tot subsidieverlening; Reformatio in peius; Gevolgen uitspraak

JB 2019/53 - Appellante had redelijkerwijs niet kunnen begrijpen dat het besluit tot toekenning onjuist was in die zin dat haar in plaats van een toeslag van tien procent abusievelijk een toeslag van twintig procent is toegekend. Zij had er dan ook geen rekening mee hoeven te houden dat het college de gemaakte fout na ontdekking zou herstellen

ECLI:NL:CRVB:2019:102, datum uitspraak 15-01-2019, publicatiedatum 21-01-2019
Aflevering 4, gepubliceerd op 02-04-2019
Herziening met terugwerkende kracht in strijd met rechtszekerheid

JB 2019/59 - Als een bestuursorgaan een besluit intrekt of herroept omdat het besluit onjuist is, of anderszins erkent dat het besluit onrechtmatig is, komt aan het ingetrokken of herroepen besluit geen formele rechtskracht toe. De burgerlijke rechter behoort de onjuistheid van het besluit tot uitgangspunt te nemen.

ECLI:NL:RBOBR:2019:475, datum uitspraak 30-01-2019, publicatiedatum 05-02-2019
Aflevering 4, gepubliceerd op 02-04-2019 met annotatie van Schutgens, R.J.B. en Triet, N. van
Onrechtmatigheid primair besluit; Besluitenaansprakelijkheid; Ketenbesluitvorming; (Oneigenlijke) formele rechtskracht