NTFR 2025/216 - Voor dagenbreuk wordt dienstreis voor helft toegerekend aan land van vertrek en voor helft aan land van aankomst
ECLI:NL:HR:2025:109, datum uitspraak 24-01-2025, publicatiedatum 24-01-2025
Aflevering 5, gepubliceerd op 29-01-2025 met annotatie van dr. D. MolenaarBelanghebbende is inwoner van Nederland en staat in 2018 in dienstbetrekking tot een in Saudi-Arabië gevestigde werkgever. In geschil is hoe voor de toepassing van de evenredigheidsbreuk moet worden omgegaan met drie reisdagen waarop belanghebbende in het kader van zijn dienstbetrekking is gereisd vanuit en/of naar Saudi-Arabië. De inspecteur heeft elk van de reisdagen voor de helft in aanmerking genomen in de teller. Hof Amsterdam (24 augustus 2023, ECLI:NL:GHAMS:2023:2079, NTFR 2023/1833) heeft belanghebbende in het gelijk gesteld door uit te gaan van drie hele dagen. De Hoge Raad vernietigt de hofuitspraak. Met het oog op een eenvoudige toepasbaarheid moet de dag waarop een dienstreis naar een ander land is gemaakt, in alle gevallen voor de helft worden toegerekend aan het land van vertrek, en voor de andere helft aan het land van (uiteindelijke) aankomst, ongeacht hoelang de dienstreis die dag heeft geduurd en ongeacht de overige op die dag verrichte werkzaamheden. Daarbij wordt geen rekening gehouden met werkzaamheden die op de reisdag eventueel buiten de reistijd zijn verricht. Het cassatieberoep van de staatssecretaris wordt gegrond verklaard.