ORP 2015/53 - Sign. - Schuldenaar mocht redelijkerwijs vertrouwen op aanwezigheid van toereikende volmacht (Rechtbank Rotterdam 26 november 2014, ECLI:NL:RBROT:2014:9635)
Aflevering 2, gepubliceerd op 07-03-2015X is bestuurder van Y BV, die een horecaonderneming exploiteert. Financieringsmaatschappij A verstrekt een financiering aan Y, waarvoor X zich hoofdelijk aansprakelijk heeft gesteld. B BV heeft zich borg gesteld voor al hetgeen Y aan A schuldig zou zijn uit hoofde van de geldlening. Als Y failliet gaat, betaalt B de borgtocht aan A tot maximaal 80% van hetgeen Y aan A schuldig is. A spreekt X aan tot betaling van het restant. X stelt echter dat B namens B en A heeft toegezegd de vordering op X verder te laten rusten.