REP 2017/262 - Sign. - Wijziging voorlopige voorziening echtelijke huurwoning (Rechtbank Amsterdam 5 april 2017, C/13/624588 FA RK 17-1276, niet gepubliceerd)
Aflevering 5, gepubliceerd op 27-07-2017M en V zijn met elkaar gehuwd. In het kader van hun voorgenomen echtscheiding heeft de rechtbank bij beschikking van 18 maart 2015, bij wijze van voorlopige voorziening, bepaald dat M voorlopig het uitsluitend gebruik van de echtelijke huurwoning toekomt. In de echtscheidingsbeschikking van 17 februari 2016 is bepaald dat V huurder is van deze woning, tegen welke beschikking M tevergeefs in hoger beroep gaat: het hof bekrachtigt op 29 oktober 2016 de beschikking van de rechtbank. M gaat in cassatie. Intussen is de echtscheidingsbeschikking in de daartoe bestemde registers ingeschreven en woont M nog altijd in de echtelijke huurwoning. V verzoekt de rechtbank om, overeenkomstig de beschikking van 17 februari 2016, te bepalen dat zij bij uitsluiting gerechtigd is tot de huurwoning, dan wel (ex artikel 824 lid 2 Rv) de voorlopige voorziening van 18 maart 2015 in dier voege te wijzigen. M stelt dat de beslissing van de Hoge Raad moet worden afgewacht en verwijst naar artikel 824 lid 1 Rv.