Aflevering 1

Gepubliceerd op 11 februari 2019

WetgevingsoverzichtBijgewerkt op: 08-07-2024

TAP 2019/1 - Art. - Het OR-adviesrecht bij een bestuurdersontslag na Eneco: (on)afwendbaar?

Aflevering 1, gepubliceerd op 12-02-2019 geschreven door Sterk, S.J.
De ondernemingsraad heeft op grond van artikel 30 Wet op de ondernemingsraden (WOR) een adviesrecht over het ontslag van bestuurders. Aan veel bestuurdersontslagen komt de ondernemingsraad echter niet te pas. Een voornemen afscheid te nemen van een bestuurder mondt namelijk vaak uit in het sluiten van een beëindigingsovereenkomst en de heersende leer is dat er in dat geval geen adviesrecht is. Op 18 juli 2018 deed de Ondernemingskamer een uitspraak die haaks lijkt te staan op deze leer: ondanks een beëindiging met wederzijds goedvinden werd een adviesrecht aanwezig geacht. OK 18 juli 2018, «JAR» 2018/217, m.nt. S.J. Sterk. Hoe moet in het licht van deze uitspraak met het adviesrecht van de ondernemingsraad bij ontslag van bestuurders worden omgegaan?

TAP 2019/3 - Art. - Slapende dienstverbanden wakker geschud door de compensatieregeling?

Aflevering 1, gepubliceerd op 12-02-2019 geschreven door Besselink, P.J.B.M.
Sinds invoering van de Wwz is er een nieuwe trend: de werkgever houdt het dienstverband met de langdurig arbeidsongeschikte werknemer slapend om daarmee te ontkomen aan de transitievergoeding. Wat heeft de wetgever bepaald ten aanzien van de plicht om een arbeidsovereenkomst in een dergelijke situatie te beëindigen en hoe wordt hierover in de rechtspraak geoordeeld? De politiek ervaart de slapende dienstverbanden als een knelpunt. Biedt de compensatieregeling een oplossing voor dit knelpunt?

TAP 2019/6 - Sign. - Plaats waar werkzaamheden feitelijk worden verricht doorslaggevend voor toetsing concurrentiebeding (Hof Arnhem-Leeuwarden 16 oktober 2018, ECLI:NL:GHARL:2018:9121)

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
Een werknemer is op 1 mei 2014 bij Hornbach in dienst getreden in de functie van Webshop Manager. In de arbeidsovereenkomst is een concurrentiebeding opgenomen dat de werknemer verbiedt om tijdens het dienstverband gedurende één jaar na de beëindiging daarvan, werkzaam te zijn voor een onderneming met soortgelijke bedrijfsactiviteiten binnen 30 kilometer van Hornbach.

TAP 2019/7 - Sign. - Niet voldaan aan schriftelijkheidsvereiste concurrentiebeding als bij brief verlenging arbeidsovereenkomst eerdere arbeidsovereenkomst niet is bijgevoegd (Hof Amsterdam 30 oktober 2018, ECLI:NL:GHAMS:2018:4034)

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
Een werknemer is op 15 november 2013 voor zes maanden bij G-Star in dienst getreden in de functie van Designer. In de arbeidsovereenkomst is een concurrentiebeding overeengekomen. Overeengekomen is dat het concurrentiebeding pas gaat gelden wanneer sprake is van de arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd.

TAP 2019/8 - Sign. - Verhouding cao en als cao aangemeld sociaal plan. VUT-afkoopbedrag verrekend met ontslagvergoeding (Rb. Midden-Nederland 8 november 2018, ECLI:NL:RBMNE:2018:5462)

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
Werkneemster, geboren in 1957, is van 20 april 1973 tot 30 april 2018 in dienst geweest van werkgever. Op grond van een cao gold voor haar een Overgangsregeling VUT die inhoudt dat bepaalde werknemers (waaronder werkneemster) aanspraak kunnen maken op een afkoopregeling voor de Overgangsregeling VUT.

TAP 2019/10 - Sign. - Instemming werknemer met functieverlaging. Artikel 15 cao Meubelindustrie en Meubileringsbedrijven (HR 23 november 2018, ECLI:NL:HR:2018:2168)

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
Op werknemer is de cao Meubelindustrie en Meubileringsbedrijven van toepassing. In artikel 18 lid 5 van de cao is opgenomen: ‘Indien een werknemer binnen een bedrijf een functie aanvaardt waaraan een lager loon is verbonden, kan het loon in vier termijnen van zes maanden met gelijke bedragen worden aangepast, zodat de werknemer na twee jaar het loon ontvangt dat behoort bij de nieuwe functie’.

TAP 2019/11 - Sign. - Gelijkwaardige cao-voorziening artikel 7:673b BW (Hof Amsterdam 13 november 2018, ECLI:NL:GHAMS:2018:4183)

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
Werkneemster is bij ABN AMRO in dienst geweest. In de van toepassing zijnde ABN AMRO-cao is opgenomen dat bij een beëindiging van de arbeidsovereenkomst de aanvullingen van de WIA-uitkering en de pensioenopbouw vanaf het derde ziektejaar moeten worden gezien als gelijkwaardige voorziening voor de transitievergoeding zoals bedoeld in artikel 7:673b BW.

TAP 2019/12 - Sign. - Opzegging werknemer in strijd met vormvoorschrift cao rechtsgeldig (Hof Amsterdam 11 december 2018, ECLI:NL:GHAMS:2018:4560)

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
In artikel 4.2.3 van de op werkneemster toepasselijke cao Kenniscentra is bepaald dat opzegging bij aangetekende brief of bij brief tegen een ontvangstbewijs dient te geschieden. Ter anticipatie op (gedwongen) ontslagen heeft werkgever in overleg met de ondernemingsraad een vrijwillige vertrekregeling vastgesteld, inhoudende dat werknemers die zelf de arbeidsovereenkomst opzeggen een bonus van vier bruto maandsalarissen krijgen.

TAP 2019/13 - Sign. - Opzegging curator van arbeidsovereenkomst vóór einddatum volgens vaststellingsovereenkomst. Wachtgeldaanspraak cao geen boedelvordering of verifieerbare faillissementsvordering (Rb. Rotterdam 7 november 2018, ECLI:NL:RBROT:2018:10759)

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
Werkneemster is in het kader van een reorganisatie bij werkgever op 26 augustus 2014 akkoord gegaan met een vaststellingsovereenkomst op grond waarvan de arbeidsovereenkomst per 1 januari 2015 eindigt en zij recht heeft op wachtgeld conform hoofdstuk 14A van de cao GGZ 2011-2013.

TAP 2019/14 - Sign. - Leeftijdsdiscriminatie in Sociaal Plan: aftopping vertrekpremie vanwege het kunnen opnemen van vroegpensioen is niet passend en noodzakelijk (Hof Amsterdam 25 september 2018, ECLI:NL:GHAMS:2018:3493 en ECLI:NL:GHAMS:2018:3495)

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
Het betreft hier twee uitspraken van dezelfde datum over soortgelijke kwesties. Als gevolg van een reorganisatie is de functie van beide werknemers bij ABN AMRO komen te vervallen. Op hen is het Sociaal Plan cao 2013-2015 van toepassing.

TAP 2019/16 - Sign. - Versterking medezeggenschap bij kleine ondernemingen inzake de arbeidsvoorwaarde pensioen per 1 januari 2019 (Verzamelwet pensioenen 2019, Kamerstuknummer 35015, Stb. 2018, 476 en Stb. 2018, 477)

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
Op 11 december 2018 werd de Verzamelwet pensioenen 2019 door de Eerste Kamer (als hamerstuk) aangenomen. Deze verzamelwet zorgt onder meer voor de versterking van de medezeggenschap bij kleine ondernemingen (ten minste tien en minder dan vijftig werknemers) door verruiming van de bevoegdheden van de personeelsvergadering en personeelsvertegenwoordiging (PVT).

TAP 2019/17 - Sign. - Hof heft in hoger beroep uitsluiting van OR-lid op (R.H. van het Kaar, TRA 2019/10)

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
Van het Kaar bespreekt in deze annotatie de uitspraak van het Hof Arnhem-Leeuwarden van 23 oktober 2018, ECLI:NL:GHARL:2018:9257 (AB Vakwerk), eerder gesignaleerd in TAP 2018/337. In deze uitspraak vernietigt het Hof Arnhem-Leeuwarden de beschikking van de kantonrechter en heft hij de uitsluiting van een ondernemingsraadlid (OR) van zijn OR-werkzaamheden tot het einde van zijn zittingsperiode met onmiddellijke ingang op.

TAP 2019/18 - Sign. - De OR en de benoeming en het ontslag van bestuurders en commissarissen. Annotatie bij: Hof Amsterdam (Ondernemingskamer) 18 juli 2018, «JAR» 2018/217 (Eneco) (I. Zaal & C. van Tuyll, TvO 2018/4, p. 148-154)

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
In deze annotatie bij de Eneco-uitspraak, eerder gesignaleerd in TAP 2018/229, gaan Zaal en Van Tuyll eerst in op de feiten en de overwegingen van de Ondernemingskamer (OK). In hun commentaar gaan zij in op een aantal onderwerpen: de ondernemingsraad (OR) en het enquêterecht, de rol van de OR bij benoeming en ontslag van bestuurders en commissarissen, het adviesrecht bij wederzijds goedvinden, het tijdstip van het uitoefenen van het adviesrecht en de informatieverplichting ex artikel 30 WOR.

TAP 2019/19 - Sign. - De externe deskundige van artikel 25 lid 1 onder n WOR: alleen wie de schoen past, trekt hem aan. Reactie op P.H. Burger & L.C.J. Sprengers, ‘Zoals heurt, is niet zoals het gebeurt’, Ondernemingsrecht 2018/31 (B.W. Roelvink & B. Kloppert, Ondernemingsrecht 2018/127)

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
In deze bijdrage reageren Roelvink en Kloppert op het artikel van P.H. Burger en L.C.J. Sprengers in Ondernemingsrecht 2018/31. In dat artikel besteden Burger en Sprengers aandacht aan het adviesrecht van de ondernemingsraad bij het verstrekken en formuleren van een adviesopdracht aan een deskundige buiten de onderneming.

TAP 2019/20 - Sign. - Naschrift naar aanleiding van de reactie van Roelvink & Kloppert (P.H. Burger & L.C.J. Sprengers, Ondernemingsrecht 2018/128)

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
In dit naschrift gaan Burger en Sprengers in op de reactie van Roelvink en Kloppert (Ondernemingsrecht 2018/127) op hun artikel in Ondernemingsrecht 2018/31. De reactie van Roelvink en Kloppert spitst zich toe op de reikwijdte van het adviesrecht ten aanzien van het inschakelen van een deskundige (artikel 25 lid 1 onder n WOR).

TAP 2019/23 - Sign. - Ondernemingsraad heeft geen wezenlijke invloed meer op de besluitvorming (Hof Amsterdam (OK) 21 november 2018, ECLI:NL:GHAMS:2018:4318, «JAR» 2019/10, ‘Gemeente Maastricht’)

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
De ondernemingsraad (OR) van de Gemeente Maastricht verzoekt de Ondernemingskamer (OK) te bepalen dat de Gemeente bij afweging van alle betrokken belangen in redelijkheid niet heeft kunnen komen tot het besluit van 21 augustus 2018 aangaande de ontvlechting van het taakveld Informatiediensten (ID), de daarmee samenhangende personele gevolgen ten behoeve van de overgang naar het Shared Service Center Zuid-Limburg (SSC-ZL), de ontvlechting van het taakveld Personeels- en salarisadministratie (PSA) en de daarmee samenhangende personele gevolgen ten behoeve van de overgang naar het SSC-ZL.

TAP 2019/24 - Sign. - Geen besluit genomen dat nieuw te benoemen commissarissen werkzaam dienen te zijn binnen het concern (Hof Amsterdam (OK) 15 november 2018, ECLI:NL:GHAMS:2018:4198, ‘O-I Manufacturing’)

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
O-I Manufacturing maakt onderdeel uit van het O-I-concern. Vanaf 2006 is het volledige structuurregime, als bedoeld in artikel 2:262 BW e.v., van toepassing. In overleg met de centrale ondernemingsraad (COR), heeft de RvC een profielschets vastgesteld, waarin onder andere staat dat RvC-leden ‘affiniteit en ervaring [moeten hebben] met de fabricage van glas en soortgelijke stoffen in hun volle omvang, zowel vanuit een praktische als een technische achtergrond; (.

TAP 2019/25 - Sign. - Verzoek om vervangende toestemming besluit aanpassing winstdelingsregeling toegewezen (Rb. Limburg 22 oktober 2018, ECLI:NL:RBLIM:2018:10045, ‘Weir Minerals’)

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
Weir maakt deel uit van het mondiale concern Weir Minerals. Binnen de organisatie in Nederland, waarvoor de ondernemingsraad (OR) is ingesteld, werken ongeveer 360 personen. Binnen Weir bestaat een winstdelingsregeling die bestaat uit een vaste component van drie procent, te berekenen over het salaris van de individuele medewerker.

TAP 2019/26 - Sign. - Adviesaanvraag is geen vervolg op hoofdadviesaanvraag, zodat sociaal plan-toezegging niet geldt (Hof Amsterdam (OK) 19 oktober 2018, ECLI:NL:GHAMS:2018:4043, «JAR» 2018/310, ‘ING Bank’)

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
Op 25 mei 2016 heeft het hoofdkantoor van ING de hoofdadviesaanvraag ‘Think Forward Finance’ aan haar ondernemingsraad (OR) voorgelegd, waarin onder meer advies werd gevraagd over de voorbereiding op het inzetten van het ‘sourcen’ van Finance operations- activiteiten naar de ING-locatie in Manilla.

TAP 2019/27 - Sign. - Uitsluiting van adviesrecht voor de GOR van het Rijk ingevolge artikel 46d sub b WOR (Hof Amsterdam (OK) 8 oktober 2018, ECLI:NL:GHAMS:2018:4104, «JAR» 2018/309 ‘Ministerie BZK’)

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
De groepsondernemingsraad (GOR) Rijk is ingesteld voor zeven ministeries. De Staat is de ondernemer en de ministeries zijn de ondernemingen in de zin van de WOR. De bestuurder is volgens het Reglement GOR Rijk de secretaris-generaal van het Ministerie van BZK.

TAP 2019/28 - Sign. - Ontbinding arbeidsovereenkomst op e-grond vanwege ziekmelding door werknemer van collega, tevens vriendin, hoewel zij niet ziek was. Bewijsaanbod werknemer dat het anders is gelopen door hof geaccepteerd (Hof Arnhem-Leeuwarden 26 oktober 2018, ECLI:NL:GHARL:2018:9360)

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
Werknemer is vanaf 2012 in de dienst van werkgever, laatstelijk als Teammanager. In de gedragscode is opgenomen dat relaties op de werkvloer met werkgever besproken moeten worden. Ook geldt er een fraudecode.

TAP 2019/29 - Sign. - Geen herstel van de arbeidsovereenkomst na opzegging wegens b-grond. Bij berekening transitievergoeding rekening houden met arbeidsjaren tot einde arbeidsovereenkomst en niet tot einde loondoorbetalingsverplichting bij ziekte (Hof Arnhem-Leeuwarden 15 oktober 2018, ECLI:NL:GHARL:2018:9536)

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
Werknemer is vanaf 2007 in dienst bij werkgever in de functie van pedagogisch medewerker B (‘PMB’). De woongroep waar werknemer werkzaam was is per 1 oktober 2013 gesloten. Partijen zijn toen overeengekomen dat de functie van werknemer werd gewijzigd in facilitair medewerker met behoud van het PMB-salaris.

TAP 2019/31 - Sign. - Ontslag statutair bestuurder. Uitleg wettelijke opzegtermijn werkgever. Toekenning gefixeerde schadevergoeding ex artikel 7:672 lid 7 BW en billijke vergoeding ex artikel 7:682 lid 3 sub a BW (Rb. Amsterdam 6 september 2018, ECLI:NL:RBAMS:2018:6636)

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
Werknemer is via een headhunter gescout en per 1 december 2016 bij werkgever in dienst getreden als country manager. Na een half jaar volgde promotie tot managing director en op 11 oktober 2017 een benoeming als statutair bestuurder.

TAP 2019/32 - Sign. - Verweer werknemer tegen dringende reden ter afwering vordering ex artikel 7:677 lid 2 BW mag na verstrijken vervaltermijn artikel 7:686a lid 4 sub a BW. Werknemer slaagt hier niet in, zodat gefixeerde schadevergoeding verschuldigd is (Hof Amsterdam 6 november 2018, ECLI:NL:GHAMS:2018:4160)

Aflevering 1, gepubliceerd op 12-02-2019
Werknemer is op 2 maart 2017 in dienst getreden bij werkgever. Op 31 augustus 2017 wordt hij op staande voet ontslagen omdat hij werkgever heeft voorgelogen met een onterechte ziekmelding om een gepland gesprek met beide directeuren van werkgever uit de weg te gaan.

TAP 2019/35 - Sign. - Hof wijst ontbindingsverzoek op de a-grond af vanwege het herplaatsingsvereiste. Anders dan werkgever meent, beperkt dit vereiste zich niet uitsluitend tot Nederland (Hof ‘s-Hertogenbosch 6 december 2018, ECLI:NL:GHSHE:2018:5118)

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
Werknemer is op 1 september 2010 in dienst getreden en bekleedt de functie van Risk & Insurance Manager. Werkgever is een internationaal opererende organisatie, bestaande uit 75 juridische entiteiten met wereldwijd ruim 22.

TAP 2019/36 - Sign. - De Ontslagadviescommissie heeft een verzoek van ABN AMRO om te mogen ontslaan geweigerd in verband met een herplaatsingsmogelijkheid binnen een redelijke termijn. Werknemer wint het kort geding waarin hij herplaatsing afdwingt (Ktr. Amsterdam 29 november 2018, ECLI:NL:RBAMS:2018:8683)

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
Werknemer is vanaf 1 juni 1989 in dienst van ABN AMRO (verder: ABN), laatstelijk in de functie analist/fiatteur RM Commercial Clients en R&PB II. Werknemer is in het kader van een reorganisatie boventallig verklaard.

TAP 2019/37 - Sign. - Ontbinding op de e-grond wegens schending re-integratieverplichting. Persoonlijke omstandigheden maken dat werkneemster niet ernstig verwijtbaar is, wel transitievergoeding (Ktr. Utrecht 28 november 2018, ECLI:NL:RBMNE:2018:5893)

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
Werkneemster is op 9 januari 2008 voor onbepaalde tijd in dienst getreden als tandartsassistente. Op 6 maart 2018 heeft werkneemster zich ziek gemeld. In het advies van de bedrijfsarts is opgenomen dat werkneemster arbeidsongeschikt is en daarnaast is geadviseerd het contact tussen werkgeefster en werkneemster goed te onderhouden.

TAP 2019/38 - Sign. - De vervaltermijn van drie maanden (artikel 7:686a lid 4 a en sub b BW) is niet van toepassing op de werkgever die zich beroept op de overbruggingsregeling (artikel 7:673d BW) in reactie op een vordering van werknemer (HR 14 december 2018, ECLI:NL:HR:2018:2305)

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
Werknemer is in 2005 als verkoopmedewerker in dienst getreden bij Belly-B. Werknemer is na het faillissement in dienst getreden van Botobe. Het UWV heeft op 26 augustus 2016 de ontslagvergunning verleend en heeft diezelfde dag een ‘verklaring overbruggingsregeling transitievergoeding’ aan Botobe afgegeven.

TAP 2019/39 - Sign. - PostNL slaagt er niet in aannemelijk te maken dat de functie van werknemer is vervallen. Herstel arbeidsovereenkomst nadat eerder met een ontslagvergunning is opgezegd (Hof Amsterdam 16 oktober 2018, ECLI:NL:GHAMS:2018:3793)

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
Werknemer is in 1976 in dienst getreden bij PostNL. De functie van werknemer is Teamleider Sorteren. Deze functie is komen te vervallen in het kader van een reorganisatie; de functie Teamcoach Sorteren wordt geïntroduceerd.

TAP 2019/40 - Sign. - Ontbindingsverzoek werknemer. Werkgever ernstig verwijtbaar dus billijke vergoeding en transitievergoeding. Weging doel en strekking WNT, hof andere uitkomst dan kantonrechter (Hof ’s-Hertogenbosch 27 december 2018, ECLI:NL:GHSHE:2018:5304)

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
Werkneemster is vanaf 1 mei 2002 werkzaam als bestuurder van de Stichting. Na een voorgeschiedenis waarin een ontbindingsverzoek door werkgever op de h-grond is afgewezen (september 2017) heeft werkneemster de Stichting op 20 december 2017 laten weten dat zij een verzoekschrift tot ontbinding zal indienen.

TAP 2019/41 - Sign. - Hof acht werkgever – anders dan de kantonrechter – ernstig verwijtbaar. Werkgever handelde op verschillende punten niet als goed werkgever, zoals een onterecht verwijt van seksuele intimidatie. De billijke vergoeding bedraagt € 40.000 (Hof Arnhem-Leeuwarden 20 december 2018 ECLI:NL:GHARL:2018:11149)

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
Werknemer is 47 jaar en sinds 2016 in dienst van Adveo. Hij is Managing Director. Na een aankondiging door de CEO van de Adveo-group op 22 januari 2018 heeft werknemer op 23 januari 2018 een vaststellingsovereenkomst ontvangen.

TAP 2019/42 - Sign. - Rb. Rotterdam 19 oktober 2018, ECLI:NL:RBROT:2018:8581

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
Werknemer is sinds 1991 in dienst van Eurest als Assistent National Accountmanager op het UWV-account ‘Perceel Zuid’. Eurest verzorgde tot 25 februari 2017 facilitaire diensten, schoonmaak en restauratieve voorzieningen ten behoeve van Perceel Zuid. Per 25 februari 2017 is deze dienst bij een openbare aanbestedingsprocedure gegund aan Sodexo. Werknemer vordert primair voor recht te verklaren dat hij sinds 25 februari 2017 in dienst is bij Sodexo op grond van overgang van onderneming (artikel 7:663 BW). De kantonrechter is van oordeel dat de werknemer inderdaad op grond van overgang van onderneming (artikel 7:663 BW) van rechtswege in dienst is getreden van Sodexo per 25 februari 2017. Als overgenomen economische eenheid wordt in dit verband het geheel van het verlenen van facilitaire dienst aan het UWV Perceel Zuid aangemerkt. Werknemer maakte als leidinggevende onderdeel uit van het geheel, nu hij bij de stafafdeling van Eurest voor het project UWV Perceel Zuid behoorde en niet bij de algemene stafafdeling van Eurest. Sodexo heeft niet allemaal afzonderlijke facilitaire diensten overgenomen, maar het geheel aan facilitaire dienstverlening, met alle daar werkzame personen, inclusief degenen die leiding aan de dienstverlening gaven. Dat Sodexo na de overname van de dienstverlening de afzonderlijke werkzaamheden heeft ondergebracht in verschillende bv’s, is haar keus geweest nadat zij het geheel aan werkzaamheden heeft overgenomen. Sodexo wordt veroordeeld om werknemer binnen vier weken na dagtekening in de gelegenheid te stellen dezelfde werkzaamheden te verrichten als welke hij bij Eurest verrichtte.

TAP 2019/43 - Sign. - Rb. Midden-Nederland 24 oktober 2018, ECLI:NL:RBMNE:2018:5407

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
Werknemer is op 21 juli 2009 in dienst getreden bij de rechtsvoorganger van A. Vanaf 1 februari 2014 is werknemer door A tewerkgesteld bij de Sociale Wijkteams. Met ingang van 1 januari 2017 heeft de Gemeente de werkzaamheden van de Sociale Wijkteams ondergebracht in een zelfstandige stichting, SSWA. De Gemeente heeft de medewerkers van de Sociale Wijkteams meegedeeld dat er geen sprake is van een overgang van onderneming. Werknemer sluit na een sollicitatieprocedure een nieuwe arbeidsovereenkomst maar is van mening dat SSWA als gevolg van overgang van onderneming gehouden is hem het loon te betalen dat hij vóór 1 januari 2017 verdiende en de arbeidsomvang aan te passen naar 38 uur per week. Hij vordert daarom onder meer te verklaren voor recht dat sprake is van een overgang van onderneming dan wel opvolgend werkgeverschap.

TAP 2019/51 - Sign. - Geen deskundigenoordeel gevergd van werknemer, werkgever had ziekmelding moeten lezen in WhatsAppbericht, vernietiging ontslag op staande voet (Ktr. Amsterdam 4 oktober 2018, ECLI:NL:RBAMS:2018:7596)

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
Werknemer is voor bepaalde tijd in dienst bij een Italiaans restaurant. Via WhatsApp laat hij aan werkgever weten ‘zich niet goed te voelen’ en ‘echt op te zijn’. Werknemer heeft vanaf dat moment niet meer voor werkgever gewerkt, en is niet opgeroepen voor een bezoek aan de bedrijfsarts.

TAP 2019/55 - Sign. - Hof Den Haag 28 augustus 2018, ECLI:NL:GHDHA:2018:2868

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
Een koerier heeft van 2011 tot medio 2016 werkzaamheden verricht voor TransMission. Partijen hebben tweemaal een overeenkomst gesloten getiteld ‘vervoersovereenkomst’. Na diverse incidenten, die TransMission als wanprestatie aanmerkt, wordt de koerier niet meer ingezet. Hij stelt dat hij werkzaam was op basis van een arbeidsovereenkomst. De rechtbank ging daar niet mee akkoord, in het bijzonder omdat er geen verplichting was om persoonlijk arbeid te verrichten. Het hof oordeelt dat er wel degelijk een arbeidsovereenkomst kan bestaan als een opdrachtnemer zich mag laten vervangen. Als de opdrachtnemer zich bij alle werkzaamheden mag laten vervangen, is dat niet het geval. Zowel de vervoersovereenkomst als de praktijk wees erop dat de koerier het werk niet persoonlijk hoefde te verrichten. Er was geen arbeidsovereenkomst.

TAP 2019/56 - Sign. - Ktr. Rotterdam 18 oktober 2018, ECLI:NL:RBROT:2018:9313

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
Een werknemer van de Stichting Ondersteuning Fractie PVV Rotterdam krijgt op 19 juni 2018 mondeling te horen dat de arbeidsovereenkomst in de proeftijd wordt opgezegd. De werknemer betwist de rechtsgeldigheid van de opzegging. De stichting verschijnt niet in de procedure. Bovendien kon de stichting alleen door het bestuur of twee bestuurders gezamenlijk worden vertegenwoordigd. Degene die heeft opgezegd was niet gevolmachtigd en van een bekrachtiging achteraf is niet gebleken. De loonvordering wordt toegewezen.

TAP 2019/57 - Sign. - Vzr. Midden-Nederland 7 november 2018, ECLI:NL:GHDHA:2018:2868

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
Een uitzendkracht stelt dat hij te weinig loon betaald heeft gekregen en dat hij dus niet conform de inlenersbeloning is uitbetaald. Hij vordert afgifte van stukken op grond van artikel 843a Rv van de inleners en het uitzendbureau. De voorzieningenrechter oordeelt dat alleen informatie mag worden verkregen van het uitzendbureau, omdat daarmee een uitzendovereenkomst is gesloten. De uitzendkracht is geen partij bij een overeenkomst met de inleners.

TAP 2019/58 - Sign. - Ktr. Overijssel 28 november 2018, ECLI:NL:RBOVE:2018:4751

Aflevering 1, gepubliceerd op 11-02-2019
De eigenaar van een transportonderneming informeert zijn voltallige personeel per brief van 1 juli 2018 dat de arbeidsovereenkomst per 31 juli 2018 wordt beëindigd, omdat het bedrijf wordt gestaakt. De werknemers eisen betaling van de gefixeerde schadevergoeding, de transitievergoeding en billijke vergoedingen. De kantonrechter wijst de vorderingen grotendeels toe, waarbij uitgangspunt voor de billijke vergoeding is de periode waarin de arbeidsovereenkomsten langer hadden voortgeduurd als via het UWV de arbeidsovereenkomst opgezegd had moeten worden.