Aflevering 8

De Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak (nVvR) is de onafhankelijke vakbond en beroepsvereniging van magistraten (rechters en officieren van justitie) in Nederland. Circa 75% van alle magistraten is lid. Op www.nvvr.org vindt u meer informatie over onze vereniging, onze adviezen en standpunten.

In deze rubriek krijgt de auteur van een proefschrift de gelegenheid om uiteen te zetten welk belang het proefschrift heeft voor de rechtspraak (en waarom rechters het proefschrift moeten lezen!). Dit keer is dat mr. A.J.P. Schild, die op 6 november 2012 promoveerde op het proefschrift De invloed van het EVRM op het ondernemingsrecht.

Op 6 maart van dit jaar heeft de Hoge Raad drie uitspraken gedaan in klachtprocedures ex art. 13a (14a oud) RO. In het daarbij uitgebrachte persbericht wordt prominent vooropgesteld dat ‘de rechter spreekt door zijn vonnis’. Dat valt op.

Onlangs ontving ik het verheugende bericht dat ik promotie had gemaakt. Ik kreeg een koninklijk besluit toegezonden waarin te lezen was dat ik was bevorderd tot ‘senior rechter A’. Vreugde alom, natuurlijk, want zoveel promotiefuncties zijn er niet voor rechters die eerder tot vice-president zijn benoemd en geen interesse hebben in managementtaken. Al gauw bleek echter dat het enige uitleg vergde als ik in mijn naaste omgeving mijn promotie ter sprake bracht. Senior rechter A? Ben je dan gedegradeerd? Je was toch vice-president? Tja, en ga het dan maar eens uitleggen. Meestal kun je kort zijn: ja, het is een promotie, maar ze hebben de titulatuur veranderd. Maar de meer geïnteresseerden nemen daar soms geen genoegen mee. En als ze doorvragen vertel ik ze het verhaal over de teloorgang van de vice-president. Een geschiedenis die bij weinigen bekend is, zelfs niet in rechterlijke sferen.

In de rubriek ‘Personalia’ worden de Koninklijke Besluiten van de benoemingen en ontslagen van de leden van de zittende en staande magistratuur gepubliceerd. De redactie heeft ervoor gekozen de KB’s van de plaatsvervangers en gerechtsauditeurs niet in deze rubriek op te nemen.

Het tuchtrecht voor rechters is een onderwerp dat op dit moment in de schijnwerpers staat. Minister Opstelten heeft een wetsvoorstel ter consultatie gepubliceerd dat beoogt het aantal aan de rechter op te leggen disciplinaire sancties en het aantal orde- en sturingsmaatregelen ten aanzien van rechters te vergroten. Daarnaast heeft het Europese hof in Straatsburg eerder dit jaar een arrest gewezen waarin zij een aantal criteria heeft geformuleerd waaraan het tuchtrecht voor rechters moet voldoen. De betreffende casus, de zaak Volkov tegen Oekraïne, geeft niet alleen zicht op de eisen die het EHRM aan het nationale tuchtrecht stelt, maar ook op de worsteling van een individuele rechter om zich staande te houden in de rechtspraak van een instabiele natie en is alleen al daarom de moeite van het lezen waard. In dit artikel neem ik deze recente bewegingen in het tuchtrecht nader onder de loep. Dat zal ik doen in het kader van de vraag of de Wrra wel voldoet aan de eisen die het EVRM in de zaak Volkov heeft geformuleerd. Mocht dit niet het geval zijn, dan is de lopende procedure tot wijziging van de Wrra een ideaal moment om de Wrra EVRM-bestendig te maken.

Rechtseenheid in het bestuurs(proces)recht is een gedeelde verantwoordelijkheid van verschillende hoogste rechters. In deze bijdrage wordt stilgestaan bij de rol van de Hoge Raad. De auteur beschrijft de (informele) overlegstructuren waaraan de Hoge Raad deelneemt. Voorts worden enkele recente arresten en ontwikkelingen onder de loep genomen.

Rechtspsychologen over strafrechtelijk bewijs01-10-2013

Spiegelbeeld01-10-2013

Op 31 mei 2013 hield prof. mr. W.J. Zwalve, ter gelegenheid van de opening van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, een rede over de gerechtelijke indeling. Deze rede is hieronder integraal opgenomen.