Aflevering 1

Gepubliceerd op 14 november 2017

TT 2017/1 - Voorwoord bij Tijdschrift Tuchtrecht 2017 afl. 1

Aflevering 1, gepubliceerd op 14-11-2017
Voor u ligt het eerste nummer van het Tijdschrift Tuchtrecht («TT»). Leuker konden we de titel niet maken. Duidelijker kan een titel evenwel niet zijn. Een juridisch tijdschrift over het tuchtrecht zoals het in diverse vormen, binnen diverse deelgebieden bestaat: zoals onder meer het advocatentuchtrecht, medisch tuchtrecht, notarieel tuchtrecht, accountantstuchtrecht en het sporttuchtrecht, ontbrak wat ons betreft eenvoudigweg.

TT 2017/2 - Wie betaalt, bepaalt of wie bepaalt, betaalt (als het mis gaat)

Aflevering 1, gepubliceerd op 14-11-2017 geschreven door Osch, M.F.J.N. van
In het NJB van 11 november 2016 stond het inspirerende artikel van Tom van Amsterdam: ‘Wie betaalt bepaalt, of toch niet?’2, waarbij hij middels drie deelvragen en empirisch onderzoek had onderzocht of de advocaat (dominus litis3) of de cliënt (de klant is koning) de leiding heeft in de civiele procedure. Hij constateert dat de keuze om wel of niet een procedure aanhangig te maken (eerste vraag) in bijna alle gevallen gezamenlijk wordt gemaakt maar dat in 41% de advocaat (uiteraard hierna m/v) de doorslag geeft en in 21% de cliënt, terwijl in 33% van de gevallen de beslissing volledig gezamenlijk wordt genomen. Opgemerkt moet worden dat de antwoorden afkomstig zijn van (ruim 400) advocaten (statistisch gezien kennelijk voldoende representatief). Hij bepleit nader onderzoek, wat een goed idee lijkt. Interessant zou immers zijn of deze observatie van de zijde van de advocaten, zij zijn immers bevraagd, door de cliënten wordt gedeeld. Maar ook zonder die nadere toelichting blijft deze cijfermatige informatie interessant. Niet geheel onverwacht blijkt de advocaat in het overgrote deel (bijna 70%) de doorslag te geven bij de vaststelling van de processtrategie (tweede vraag). Toch is er nog 5% van de advocaten die de cliënt de lead geven (en zelfs in 1% bepaalt de cliënt alleen!). Geheel anders ligt het bij de (derde) vraag die erop ziet wie bepaalt of een schikkingsvoorstel wordt aanvaard of verworpen. In meer dan 95% van de gevallen is de mening van cliënt van belang, in ruim 80% zelfs doorslaggevend. Dat laatste lijkt ook weer redelijk voor de hand liggend nu het de portemonnee van de cliënt betreft zoals diverse respondenten kennelijk hebben aangeven.